2122 4H eco periode 4

4H economie
Periode 4, cursus 2021-2022







1 / 32
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 32 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

4H economie
Periode 4, cursus 2021-2022







Slide 1 - Slide

Markt en overheid
Nieuwe lesbrief
nieuwe klas!
studiewijzer.
bespreken PW in Dalton

Slide 2 - Slide

Lesdoelen

Slide 3 - Slide

Terugblik
Bij een perfect werkende markt zal de evenwichtsprijs tot stand komen, omdat vraag en aanbod met elkaar in evenwicht zijn. 

Weet je nog hoe je deze evenwichtsprijs moet berekenen? 

Slide 4 - Slide

Evenwichtshoeveelheid/ evenwichtsprijs
  1. Wat is de evenwichtshoeveelheid?
  2. = 50
  3. Wat is de evenwichtsprijs?
  4. €525

Slide 5 - Slide

pen,papier en rekenmachine
Qv = -0,5P + 80 (P = in euro's)
Qa = P - 40 (Qv en Qa = x 1.000)
Bereken de evenwichtsprijs
Bereken de evenwichtshoeveelheid

Slide 6 - Slide

Evenwichtsprijs
Wordt er gevraagd naar een evenwichtsprijs
Dan reken je altijd Qa=Qv

Wordt er gevraagd naar een evenwichtshoeveelheid 
Dan vul je altijd de evenwichtsprijs in de Qa en de Qv formule

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Verschuiving van de vraaglijn naar rechts
Betekenis van deze vraaglijn?
  • Bij dezelde prijs is de gevraagde hoeveelheid groter geworden.
Oorzaken van grotere vraag?
  • hoger inkomen
  • concurrentie is duurder geworden
  • goede reclame


  • Kortom: er is een oorzaak geweest waardoor de gevraagde hoeveelheid is toegenomen.

Slide 9 - Slide

Aanbodlijn

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Maak opdracht 1.1 t/m 1.3

Slide 12 - Slide



Marktvorm

Een marktvorm is het geheel van omstandigheden waaronder ondernemingen met elkaar concurreren.

Slide 13 - Slide

Kenmerken van marktvormen

  • Aantal aanbieders
  • Aantal vragers 
  • Aard van het product (homogene of heterogene producten)

Slide 14 - Slide

Homogene producten

Consumenten zien de producten van de verschillende aanbieders als hetzelfde. De prijs is het enige waar ze op letten.

Slide 15 - Slide

Heterogene producten

Als de consument vindt dat er verschil is tussen de producten van de verschillende aanbieders.

Slide 16 - Slide

Volkomen concurrentie (H.1)
  • Veel aanbieders en veel vragers 
  • Prijs wordt bepaald door vraag en aanbod 
  • Het maakt de vragers niet uit wie levert (homogeen goed)
  • Komt weinig voor

Slide 17 - Slide

Monopolie H.2
  • Eén aanbieders en veel vragers 
  • Prijs wordt bepaald de aanbieder zelf, hij is een prijszetter

Slide 18 - Slide

Oligopolie H.3
  • Weinig aanbieders en veel vragers  
  • Heterogene goederen → producenten moeten met elkaar concurreren 
  • Homogene goederen → klanten letten vooral op de prijs (er kan een prijzenoorlog ontstaan) 

Slide 19 - Slide

Monopolistische concurrentie H.3
  • Veel aanbieders  
  • Producten lijken op elkaar, maar elke aanbieder is uniek
  • Voor de klant is er een verschil wie levert of wat het merk is (heterogeen goed) 
  • Komt veel voor

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Martkvorm
  • Hoeveel aanbieders zijn er?
  • Hoeveel vragers zijn er?
  • Zijn de producten verschillend of hetzelfde?

Marktvorm:
Hoeveel macht heeft de producent.
Hoeveel macht heeft de consument.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

Slide 24 - Video

huiswerk 
maak opdracht 1.6 en 1.7

Slide 25 - Slide

week 13 les 2
  • huiswerk 1.6 en 1.7
  • verschil tussen verschuiving van en verplaatsing over
                                       prijsaanbodlijn en prijsvraaglijn
  • nieuw marktevenwicht en invloed op consumentensurplus en producentensurplus 
  • huiswerk volgende les: 1.12

Slide 26 - Slide

CS = verschil tussen betalingsbereidheid consument en prijs die ze moeten betalen
PS = verschil tussen leveringsbereidheid producent en prijs die ze ontvangen

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

LET OP!

verplaatsing over de Qa / Qv lijn
bij een prijsverandering van het product zelf

verschuiving van de Qa/Qv lijn
bij iedere andere verandering die invloed heeft op het aanbod/de vraag

Slide 31 - Slide

Huiswerk
maak opdracht 1.12

(Klaar? afmaken taak week 13: 1.1 t/m 1.12)

Slide 32 - Slide