nakijken leesvaardigheid H1 vraag 2+3

nakijken huiswerk

Lezen Hoofdstuk 1
blz. 15+16 opdr. 2 en 3

kijk na, verbeter en vul aan.
1 / 5
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 5 slides, with text slides.

Items in this lesson

nakijken huiswerk

Lezen Hoofdstuk 1
blz. 15+16 opdr. 2 en 3

kijk na, verbeter en vul aan.

Slide 1 - Slide

nakijken opdr. 2
1 Taalgebruik
2 Met welke taal bereiken de makers hun doelgroep? Duidelijke taal, Toon
3 C Hoe maken nieuwsmedia voor jongeren nieuws toegankelijk voor jongeren?
4 ‘Indrukwekkend nieuws zullen we niet versterken door stemverheffing en superlatieven’
5 Woordkeus, toon, formulering en perspectief
6 Eerste zin is een afsluitende, samenvattende, concluderende zin Alle media die voor jongeren werken ..


Slide 2 - Slide

nakijken opdr. 2
7 Basisregels of algemene regels die je meestal kunt toepassen of waarvan men uitgaat.
8 C bij teksten die iets uitleggen bij journaalbeelden 
10  C gebruik verkleinwoorden,  F gebruik uitdrukkingen, G geen vloeken en scheldwoorden, gebruik vage begrippen.
11 C Vind jij het leren van een vreemde taal ook moeilijk?
12 C schaven aan teksten

Slide 3 - Slide

nakijken opdr. 3
1 alinea 14
2 C op mensen die het tijdschrift Onze Taal lezen en geïnteresseerd zijn in taalgebruik
1 gebruik actieve zinnen
2 maak geen lange zinnen
3 gebruik eenvoudige woorden
4 gebruik geen verkleinwoorden
5 leg moeilijke begrippen uit met eenvoudige synoniemen
6 gebruik geen beeldspraak
7 gebruik geen scheldwoorden en vloek niet

Slide 4 - Slide

nakijken opdr. 3
8 stel geen suggestieve vragen
9 gebruik niet te veel informatie in een keer
10 zorg ervoor dat de tekst goed is opgebouwd
11 gebruik geen modewoorden of straattaal woorden of jongerentaal
12 wees zuinig met komma’s
13 spreek lezers rechtstreeks aan
14 vermijd altijd een afstandelijke toon

4 Direct aanspreken met je doet het Jeugdjournaal niet vaak. (al. 11) Anders dan bij kijkers naar het Jeugdjournaal worden de lezers van de bladen in de artikelen heel vaak direct aangesproken. (al. 13)

Slide 5 - Slide