Hardy Weinberg deel 1

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

uitleg populatie genetica (bs 6)

gebruik pen en papier om mee te schrijven!

evolutie in een notendop

• ieder individu binnen een soort is een beetje anders
• alleen de best aangepaste individuen kunnen zich voortplanten
• door erfelijkheid worden eigenschappen doorgegeven

Horen deze twee dieren tot dezelfde soort?

1. ja
2. nee

Horen deze twee dieren tot dezelfde soort?

1. ja
2. nee

dezelfde soort?

• E. eschscholtzii eschscholtzii kan niet voortplanten met e. klauberi
• Alle salamanders kunnen wel met hun naburige populatie voortplanten

berkenspanner

Wit: AA en Aa            zwart:aa

 

welke berkenspanner is 'the fittest'?

1. zwart
2. wit

genenpool

allelfrequentie:

B (p): 10 / 16 = 0,625

b (q): 6 / 16 = 0,375

B + b = 1  dus ook: p + q = 1

bereken de allelfrequentie p en q

wat is de allelfrequentie p en q?

1. p=0,78 en q=0,22
2. p=0,28 en q=0,72
3. p=0,72 en q=0,28
4. q=0,22 en p=0,78

allel frequentie

Geen selectie (bv. oorlelletje):

allelfrequenties blijven gelijk

Wel selectie (bv. Sikkelcelanemie)

allelfrequenties veranderen

berkenspanner

Wit: AA en Aa            zwart:aa

 

Hardy-Weinberg

formules overnemen!

opdracht 82

mensen zijn resusnegatief (dd) of resuspositief (DD of Dd)

In midden-Europa is de genfrequentie van d=0,4

Welk percentage van deze bevolking is resusnegatief?

resuspositief = DD of Dd
resusnegatief = dd
genfrequentie d=0,4

1. DD=0,16; Dd=0,48; dd=0,36
2. DD=0,36; Dd=0,48; dd=0,16
3. DD=0,6; Dd=0; dd=0,4
4. ik heb geen idee

huiswerk woensdag

maak opdracht 74 t/m 84

wat het je deze les geleerd?