H6 fascisme en Hitler komt aan de macht

6.2 deel 2
In de ban van Hitler
1 / 20
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

6.2 deel 2
In de ban van Hitler

Slide 1 - Slide

Programma
  • Herhalingsquiz
  • Uitleg
  • Video
  • Zelfstandig werken

Slide 2 - Slide

De Republiek van Weimar duurde van
A
1933 - 1945
B
1919 - 1929
C
1919 - 1933
D
1918 - 1939

Slide 3 - Quiz

Was de republiek van Weimar succesvol?
A
Ja, er kwam eindelijk een democratie in Duitsland
B
Ja, veel Duitsers stonden achter deze regering
C
Nee, veel Duitsers voelden zich verraden door Weimar
D
Nee, de republiek van Weimar was een dictatuur

Slide 4 - Quiz

In 1929...
A
was de economische crisis
B
kwam Hitler aan de macht
C
viel Hitler Polen binnen
D
werd Hitler gearresteerd.

Slide 5 - Quiz

Hoe heet het boek van Hitler?

A
Mein Kamp
B
Hitler
C
Mein Krieg
D
Mein Kampf

Slide 6 - Quiz

In welk jaar en in welke plaats vond de Bierkellerputsch(staatsgreep Hitler) plaats?
A
1919 in Berlijn
B
1921 in Hamburg
C
1923 in München
D
1925 in Frankfurt

Slide 7 - Quiz

Hitler in de politiek
Hitler's ideeën:

  1. Verdrag van Versailles is slecht
  2. Alles wat fout gaat is de schuld van Joden en Communisten
  3. Duitsland heeft Lebensraum (levensruimte) nodig.
  4. Er moet één sterke leider komen

Slide 8 - Slide

  • Crisis 1929
  • President Hindenburg
  • NSDAP wordt grootste fractie, en krijgt minister posten
  • Nieuwe verkiezingen


Slide 9 - Slide


Hitler wordt rijkskanselier
30 januari 1933



  • Hoewel Hitler nu rijkskanselier is én leider van de grootste partij in de Rijksdag, heeft hij niet de meerderheid in het Duitse parlement. 
  • Hij zal dus altijd moeten samenwerken met andere partijen.
  • En dat vindt hij afschuwelijk: te lang praten om er samen uit te komen...

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

SA
SS

Slide 12 - Slide


Machtingswet



  • De Grondwet kan door Hitler worden aangepast en opgeschort, zonder goedkeuring van het Duitse parlement.
  • Alle partijen, behalve de NSDAP, worden verboden.
  • Sommige burgerrechten worden opgeschort (o.a. briefgeheim)

  • Gelijkschakeling: iedereen moet zich houden aan de ideologie van de Nazi's

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide


Hitler's populariteit stijgt
vanaf 1934




  • Hitler is rond 1934 mateloos populair. Het gaat goed in Duitsland. 
  • Zolang je niet tot een minderheid hoort, pluk je de vruchten van zijn beleid.
  • Door grootschalige werkverschaffingsprojecten daalt de werkloosheid snel,  en krijgen Duitsers weer zelfvertrouwen én nationalistische gevoelens.

Slide 16 - Slide

  • De jeugd wordt geïndoctrineerd .
  • Nazi-ideeën met de paplepel ingegoten.
  • Hitlerjugend (jongens)+
  • Bund Deutscher Mädel (meisjes)
Nazi Duitsland

Slide 17 - Slide

Wat is propaganda?

Slide 18 - Open question

Slide 19 - Video

Zelfstandig werken

Wat?: Maak opdrachten 4, 7 en 8
Hoe?: alleen of in duo´s
Vragen?: Lesboek, buurman, dan aan mij.

Slide 20 - Slide