Grenzen aangeven

Grenzen aangeven 
les 2 van 'aha sociaal' 
Grenzen aangeven 
1 / 20
next
Slide 1: Slide
AVLMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Grenzen aangeven 
les 2 van 'aha sociaal' 
Grenzen aangeven 

Slide 1 - Slide

doel van de les 
Je kunt op een nette manier je grenzen aangeven 

Slide 2 - Slide

Terugblik: Hoe heb je de afgelopen 2 weken geslapen?
Veel beter (8 uur per nacht of meer)
Goed (ik sliep al goed)
Veel slechter (minder dan 6 uur)
Slecht (er is niks veranderd)

Slide 3 - Poll

Slide 4 - Video

Wat zou jij doen in deze situatie? (als je een omstander was)

Slide 5 - Open question

Wat zou jij doen in deze situatie? (als je die vrouw was)

Slide 6 - Open question

Situaties
Je krijgt een aantal situaties te zien. 
Geef aan of je het goed vindt, of dat ze over jouw grens gaan. 

Slide 7 - Slide

Je klasgenoot kijkt over je schouder mee op je telefoon.
A
Dat vind ik goed
B
Dat gaat over mijn grens!

Slide 8 - Quiz

Een klasgenoot vraagt je om raad, maar die volgt hij/zij niet op.
A
Dat vind ik goed
B
Dat gaat over mijn grens!

Slide 9 - Quiz

Iemand komt naast je zitten in de bus, terwijl er nog plek genoeg is.
A
Dat vind ik goed
B
Dat gaat over mijn grens!

Slide 10 - Quiz

Een klasgenoot die je niet goed kent, wil geld van je lenen.
A
Dat vind ik goed
B
Dat gaat over mijn grens!

Slide 11 - Quiz

Een klasgenoot maakt vervelende opmerkingen over/tegen een andere klasgenoot.
A
Dat vind ik goed
B
Dat gaat over mijn grens!

Slide 12 - Quiz

Iemand loopt tegen je aan in een drukke winkelstraat.
A
Dat vind ik goed
B
Dat gaat over mijn grens!

Slide 13 - Quiz

Een boer laten bij je vrienden.
A
Dat vind ik goed
B
Dat gaat over mijn grens!

Slide 14 - Quiz

Een boer laten bij je oma.
A
Dat vind ik goed
B
Dat gaat over mijn grens!

Slide 15 - Quiz

Iemand laat je klasgenoot expres struikelen.
A
Dat vind ik goed
B
Dat gaat over mijn grens!

Slide 16 - Quiz

Opdracht
Om grenzen te kunnen aangeven moet je eerst goed weten wat jij zelf wil (dus bij jezelf blijven). Ook moet je goed voelen waar jouw grens ligt. Hiervoor gaan we een oefening in tweetallen of drietallen doen.

(Meneer legt de oefening uit)

Slide 17 - Slide

Gordon-methode

1) begin met ik vind het vervelend dat je (gedrag van de ander)

2) benoem waarom je dat vervelend vindt

3) geef een suggestie, misschien kan je..

Slide 18 - Slide

Heb jij nog tips om duidelijk grenzen te stellen?

Slide 19 - Open question

Tips
1. Communiceer duidelijk --> alleen 'nee' is genoeg.

2. Lichaamstaal: Sta rechtop, schouders naar achter, borst naar voren. Kijk de ander aan.

3: Verminder je beschikbaarheid ‘Nee, ik heb nu geen tijd. 

4: Wees vastberaden Durf twee keer 'nee' te zeggen, de ander durft het ook twee keer te vragen.
 
5: Vertrouw op je gevoel/intuïtie. Het kan zijn dat iemand op straat vraagt je telefoon te lenen en dat geeft je ineens een naar gevoel, zeg dan gerust nee.

























































Slide 20 - Slide