2. Symbolen

2. Symbolen
1 / 29
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2,3

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

2. Symbolen

Slide 1 - Slide

Notitie voor docent
Zorg dat je hebt geregeld per 2 leerlingen
- Reageerbuisrekje
- reageerbuis met water
- reageerbuis met opgelost zetmeel
- reageerbuis met azijnzuur
- druppelflesje jodium
- druppelflesje rode-kool-sap

Slide 2 - Slide

Notitie voor docent

Meenemen:

Zoek wat flessen en voorbeelden van de symbolen

Slide 3 - Slide

Planning 
  • Klein proefje
  • Symbolen
  • Huiswerk bespreken
  • Tijd voor huiswerk

Slide 4 - Slide

Onderzoekje
Overal van af blijven, er zijn geen waarschuwingen tijdens het practicum


Slide 5 - Slide

Onderzoekje
Onderzoeksvraag:
We hebben 3 reageerbuizen, zetmeel, water en zuur soda, welke is welke?


Slide 6 - Slide

Onderzoekje
Wat denk je?


Slide 7 - Slide

Onderzoekje
Wat zie je ?


Slide 8 - Slide

Onderzoekje

Slide 9 - Slide

Onderzoekje
Onderzoeksvraag:
We hebben 3 reageerbuizen, zetmeel, water en zuur soda, welke is welke?


Slide 10 - Slide

Gevaarlijke stoffen en symbolen
'Bij gevaarlijke stoffen staat op de verpakking vaak een waarschuwing geschreven en ze zijn soms uitgerust met kinderveilige doppen die je niet zomaar kan losschroeven. 

Daarnaast staat er ook vaak een gevarensymbool op ​
waaraan je direct kan afleiden waar je op moet letten, zonder dat je tekst hoeft te (kunnen) lezen. 


Slide 11 - Slide

Symbolen op stoffen

Slide 12 - Slide

Symbolen

Slide 13 - Slide

Symbolen in een ruimte

Slide 14 - Slide

Samenvattend
Leer deze symbolen uit je hoofd:
(klik om te zoomen)
De onderstaande video is een samenvatting van deze les en de vorige les

Slide 15 - Slide

Verwerkingsvragen

Voeg jezelf toe aan de LESSONUP klas
www.lessonup.app
B1D = ybozo
B1E = hzoml

Slide 16 - Slide

Verwerkingsvragen
Dit is Huiswerk
In SOM vind je wanneer je dit precies moet af hebben
De groene vragen zijn optioneel

Slide 17 - Slide

1. Waar staat dit symbool voor?
A
Je moet in deze ruimte altijd schreeuwen
B
Je mag niet schreeuwen in deze ruimte
C
Algemeen gevaar
D
Giftige stoffen

Slide 18 - Quiz

2. Wat betekent dit symbool?
A
Radioactief afval
B
Ioniserende straling
C
Biologisch risico
D
Pas op, Spinnen

Slide 19 - Quiz

3. Wat betekent dit symbool?

Slide 20 - Open question

4. Welk symbool zou op een fles moeten staan waar ontplofbare stoffen inzitten?
A
B
C
D

Slide 21 - Quiz

5. Waarvoor staat dit symbool?
A
Deze stof veroorzaakt direct een hartaanval
B
Deze stof is giftig
C
Deze stof veroorzaakt lange termijn gezondheidsgevaar
D
Deze stof is gevaarlijk voor het milieu

Slide 22 - Quiz

6a. Zoek in huis een verpakking waar een waarschuwingssymbool op staat. Vraag eventueel je ouders om hulp. Maak een foto van de verpakking en de symbolen.

Slide 23 - Open question

6b. Wat was de verpakking die je vond? Wat betekenen de waarschuwingssymbolen?

Slide 24 - Open question

De laatste paar vragen gaan over de vorige les (1. Stofeigenschappen).

Hiervoor moet je eerst het onderstaande filmpje kijken.


Slide 25 - Slide

7a. Bekijk de video op de vorige dia. Neem de tabel hiernaast over en vul de stofeigenschappen in.

Slide 26 - Open question

7b. Geef aan of de volgende eigenschappen wel of geen stofeigenschappen zijn.
---------------------------------------------------------------------------------------
Wel stofeigenschap
Geen stofeigenschap
Kookpunt
Inhoud
Brandbaarheid
Temperatuur
Massa
Kleur
Hardheid
Geur

Slide 27 - Drag question

8. 'Op het etiket van een pot jam staat de de volgende stoffen zijn toegevoegd: E128, E200, E330.
Deze nummers noem je ook wel E-nummers. Deze nummers staan voor bepaalde stoffen die toegevoegd zijn aan etenswaren.
Zoek op internet de betekenis van deze 3 toegevoegde stoffen.'

Slide 28 - Open question

Antwoorden
3. Niet blussen met water
7. 
E128 = Azokleurstof
E200 = Sorbinezuur
E330 = Citroenzuur

Slide 29 - Slide