tekstverbanden en signaalwoorden

de uitleg over tekstverbanden en signaalwoorden
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

de uitleg over tekstverbanden en signaalwoorden

Slide 1 - Slide

tekstverbanden 
Met tekstverbanden bedoelen we de relaties tussen verschillende delen van een tekst.
Zo kan het bijvoorbeeld zijn dat zin 1 een oorzaak vertelt en zin 2 een gevolg. 
Dit verband (oorzaak-gevolg) is slechts eentje van veel meer mogelijke verbanden.

Slide 2 - Slide

soorten tekstverbanden
Tijd
De alinea’s zijn geordend op tijd. Wat gebeurde eerst en wat daarna?
opsomming
De alinea’s vertellen verschillende delen van één opsomming.
Vergelijking
De alinea’s maken een vergelijking tussen verschillende dingen.
Tegenstelling
De alinea’s vertellen twee tegenovergestelde dingen zien.

Oorzaak-gevolg
Alinea 1 vertelt de oorzaak van wat in alinea 2 verteld wordt.

Slide 3 - Slide

meer tekstverbanden
Oorzaak-gevolg
Alinea 1 vertelt de oorzaak van wat in alinea 2 verteld wordt.
Toelichting
Alinea 2 legt uit wat in alinea 1 bedoeld wordt.
Argumentatie
Alinea 1 geeft een stelling, de alinea(‘s) daarna geeft/geven argumenten.
Samenvattend
De alinea geeft een samenvatting van de alinea’s daarvoor.

Slide 4 - Slide

Karel wil graag geld op zijn verjaardag, want hij wil sparen voor een PlayStation.
A
opsomming
B
argumentatie
C
toelichting
D
vergelijking

Slide 5 - Quiz

gister heb ik met Karel gefietst en vandaag heb ik afgesproken met klaas en morgen met piet.
A
opsomming
B
toelichting
C
oorzaak-gevolg
D
tijd

Slide 6 - Quiz

Michael Johnson is sneller dan een bliksemschicht.
A
tegenstelling
B
toelichting
C
vergelijking
D
argumentatie

Slide 7 - Quiz

signaalwoorden
Signaalwoorden zijn woorden die een bepaalde samenhang aanduiden, zoals: want/omdat/maar/bijvoorbeeld/dus/tot slot. en dat zijn er nog maar een paar 

Slide 8 - Slide

signaalwoorden
Tijd
Signaalwoorden: Vroeger, voordat, nadat, eerst, daarna.
Opsomming
Signaalwoorden: ten eerste, ten tweede, ook, bovendien, en, vervolgens.
Vergelijking
Signaalwoorden: zo, in vergelijking met, evenals.
Tegenstelling
Signaalwoorden: maar, toch, hoewel, echter, daarentegen.

Signaalwoorden: door(dat), waardoor, te danken aan.

Slide 9 - Slide

signaalwoorden
oorzaak-gevolg
Signaalwoorden: door(dat), waardoor, te danken aan.
Toelichting
Signaalwoorden: ik bedoel, een voorbeeld (hier)van, ter illustratie
Argumentatie
Signaalwoorden: want, daarom, omdat, immers, vanwege.
Samenvattend
Signaalwoorden: samengevat, al met al, vandaar dat.

Slide 10 - Slide

al om al
evenals
daarom
door(dat)
samenvattend

vergelijking

argumentatie

oorzaak-gevolg

Slide 11 - Drag question

eerst 
hoewel
terwijl
vervolgens
tijd

geen van de 3
opsomming

tegenstelling

Slide 12 - Drag question

welke signaalwoord hoort bij de tekst verband:
toelichting
A
omdat
B
daarom
C
ik bedoel
D
want

Slide 13 - Quiz

merel is gistermiddag aangereden door en busje en daarom ligt ze in het ziekenhuis
A
tegenstelling
B
samenvattend
C
toelichting
D
oorzaak-gevolg

Slide 14 - Quiz

heb je wat geleert van deze lessonup
😒🙁😐🙂😃

Slide 15 - Poll