HAVO 3 par 8.1 wat is welvaart

Paragraaf 8.1
Wat is welvaart
1 / 21
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Paragraaf 8.1
Wat is welvaart

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel
  • wat is welvaart 
  • wat zijn productiefactoren
  • wat zijn productiesectoren

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel 1
wat is welvaart

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat is welvaart?
De mate waarin behoeften met beschikbare,
schaarse middelen worden bevredigd.

Het draait om de keuzes die je maakt tussen geld en tijd.   

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Welvaart in enge en ruime zin

  • Welvaart in ruime zin:  
    geluk, gezondheid                           moeilijk te meten
  • Welvaart in enge zin:   
    welvaart in geld uitdrukken                        te meten met het BBP
                                                                    (Bruto Binnenlands Product)

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Welvaart en het BBP
BBP = het Bruto Binnenlands Product
             dit is de totale productie van bedrijven en 
             overheid in een land


Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel 2
wat zijn productiefactoren

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Productie :
Het maken van goederen en leveren van diensten
Bij het produceren heb je productiefactoren nodig
Voor elke productiefactor krijg je een beloning:
- rente
- loon/salaris
- pacht
- winst

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel 3
wat zijn productiesectoren

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Productiesectoren   

Slide 10 - Slide

De ondernemingen waarbij je kunt werken, zijn verdeeld in vier productiesectoren.

De primaire sector: hier horen bedrijven bij die grondstoffen maken zoals boeren, vissers, de houtkap en mijnbedrijven.

De secundaire sector: hier horen bedrijven bij die de grondstoffen van de primaire sector nemen en verwerken tot iets anders. Fabrieken, bouwbedrijven, pottenbakkers en soortgelijke bedrijven.

De tertiaire sector: hierin vind je alle bedrijven die een dienst leveren (en dus niet een goed maken!) en deze met winst proberen te verkopen. Alle winkels horen hierbij, maar ook de bank, de NS, de kapper en klusbedrijven,

De quartaire sector: hier vallen alle bedrijven onder die een dienst leveren en deze niet met winst proberen te verkopen. De diensten die in de quartaire sector worden geleverd zijn grotendeels openbaar. Hieronder vallen de politie, brandweer en het onderwijs.
LET OP! Verschil in begrippen.
productieFACTOREN
(kapitaal, arbeid, natuur, ondernemerschap)
productieSECTOREN
(primaire, secundaire, tertiaire, quartiaire)

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
Lees de theorie van 8.1

Maak ook de vragen 2, 4, 6, 7, 8 en 10 uit je boek

Maak de vragen uit deze Lesson Up

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Oefenen
Lees de theorie goed door en maak daarna de oefenvragen in deze Lesson up

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Een goede gezondheid is welvaart in
A
ruime zin
B
enge zin

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Een goede gezondheid is welvaart in
A
ruime zin
B
enge zin

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Als er economische groei is dan
A
daalt het BBP
B
stijgt het BBP

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Koppel de juiste beloning aan de productiefactoren.
Natuur
Arbeid
Kapitaal
Onder-nemer-
schap
SALARIS
RENTE
WINST
PACHT

Slide 17 - Drag question

This item has no instructions

Wat zijn de beloningen voor de productiefactoren?
A
loon, pacht, huur, rente en winst
B
arbeid, natuur en kapitaal
C
loon, pacht, natuur en kapitaal
D
arbeid, rente, winst en loon

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Welk van de volgende is GEEN productiesector?
A
Agrarische bedrijven
B
Dienstverlenende bedrijven
C
Industriële bedrijven
D
Overheids bedrijven

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

In welke productiesector hoort een meubelmaker
A
agrarische
B
industriële
C
dienstverlenende

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Het MARIS College behoort tot de productieSECTOR:
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions