Voegwoorden en woordvolgorde
3) Welke voegwoorden moet je kennen?
hoofdzin + hoofdzin: und (en), oder (of), aber (maar), sondern (maar), denn (want)
hoofdzin + bijzin met één werkwoord: wenn (als), dass (dat), ob (of), weil (omdat)
hoofdzin + bijzin met meerdere werkwoorden: weil (omdat), dass (dat)
4) Wanneer is de woordvolgorde anders dan in het Nederlands?