Hoofdstuk 6 Verhoudingen Gemengde opdrachten + havo

Welkom
Zet je vragen vast op het bord.
Log in op deze LessonUp.
timer
0:30
1 / 19
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 75 min

Items in this lesson

Welkom
Zet je vragen vast op het bord.
Log in op deze LessonUp.
timer
0:30

Slide 1 - Slide

Als de verhouding 1:5 is, dan is het 10:...
A
8
B
10
C
50
D
1

Slide 2 - Quiz

Hoe noem je een tabel waarbij je boven en onder hetzelfde doet?
A
Tabel
B
Verhoudingstabel
C
Plattegrond
D
Verhouding

Slide 3 - Quiz

Is dit een verhoudingstabel?
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quiz

Jorien doet boodschappen voor het schoolkamp.
Ze weet dat ze voor vier mensen 500 gram macaroni nodig heeft. 
Zet de getallen 4 en 500 op de goede plaats in de verhoudingstabel.

4
500

Slide 5 - Drag question

Wat is in een verhoudingstabel het makkelijkst om naar te rekenen?
A
Via 10
B
Via 1
C
Via 5
D
Maakt niet uit

Slide 6 - Quiz

Door hoeveel deel je bij:
50%
A
1
B
50
C
10
D
2

Slide 7 - Quiz

Door hoeveel deel je bij:
10%
A
1
B
10
C
5
D
2

Slide 8 - Quiz

Zelfstandig werken
Tijd? – Tot 8.45.
Hoe werk je? – Eerste 5 minuten in stilte daarna op fluistertoon overleggen.
Hulp? – 1. Lees de theorie en kijk naar de voorbeelden.
                 2. Overleg binnen je rij.
                 3. Vraag de docent.
Klaar? – Nakijken daarna maken Havo-opdrachten.
Maken? – Gemengde opdrachten G1 t/m G6 en G8.


timer
5:00

Slide 9 - Slide

Hoofdstuk 6 - Havo
Schaal

Slide 10 - Slide

HAVO Schaal
Leerdoelen
  • Je leert de schaal berekenen met een verhoudingstabel.
               

Slide 11 - Slide

HAVO Schaal
Op heel veel kaarten staat een schaal. Het dorp is natuurlijk niet in werkelijkheid zo groot. Het is kleiner gemaakt, om het op een kaart te drukken.

Slide 12 - Slide

Havo Schaal
Om hier meer te kunnen rekenen
maken we ook gebruik van
verhoudingstabellen.

Wat je boven doet, doe je onder 
ook!

Slide 13 - Slide

Het model van Jaime is op schaal gemaakt. In werkelijkheid is Jaime 21 keer zo groot.

De schaal van Jaime is ....
A
21:1
B
1:21
C
21
D
1:8

Slide 14 - Quiz

Schaal: Als de schaal 1 : 50 is dan betekent dat:....
timer
0:20
A
de kaart is 50 x zo klein als de werkelijkheid
B
de kaart is 50 x zo groot als de werkelijkheid
C
wat op de kaart 1 cm is, is in werkelijkheid 50 m.
D
wat op de kaart 1 cm is, is in werkelijkheid 51 cm

Slide 15 - Quiz


de schaal is 1 : ... 

Slide 16 - Open question

De schaal is nog steeds 1 :25

Slide 17 - Open question


de schaal is 1 : ....

Slide 18 - Open question

Zelfstandig werken
Hoe werk je? – Eerst 5 minuten in stilte daarna op fluistertoon overleggen.
Hulp? – 1. Lees de theorie en kijk naar de voorbeelden.
                 2. Overleg binnen je rij.
                 3. Vraag de docent.
Klaar? – Nakijken daarna maken Oefenproefwerk.
Maken? – Gemengde opdrachten G1 t/m G6 en G8.
                     Havo - H1 t/m H5 (blz. 254)


timer
5:00

Slide 19 - Slide