Zelfstudie V4: Word Order

1 / 32
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Word order
Een zin kan uit 5 onderdelen bestaan. Zet deze in de juiste volgorde
Wie
Doet
Wat/wie
Waar 
Wanneer

Slide 10 - Drag question

Zet de woorden in de juiste volgorde
much
is
how
it
altogether

Slide 11 - Drag question

?
,
Zet de woorden in de juiste volgorde:
Yes, I am.
you
aren't
tired
very
always
are
You

Slide 12 - Drag question

Vul de juiste volgorde in!
were
they
gaming
really
today
at home

Slide 13 - Drag question

Zet in de juiste volgorde.
Vraagwoord
werkwoord
werkwoord 2
persoon
de rest
travel
you
did
Where
to?

Slide 14 - Drag question

Zet in de juiste volgorde.
Vraagwoord
werkwoord
werkwoord 2
persoon
de rest
do
they
What
did
this weekend?

Slide 15 - Drag question

Zet in de juiste volgorde.
Vraagwoord
werkwoord
persoon
de rest
Who
that girl
was
in the bus?

Slide 16 - Drag question

Zet in de juiste volgorde.
Vraagwoord
werkwoord
werkwoord 2
persoon
de rest
pick
she
Why
did
that book?

Slide 17 - Drag question

Zet de woorden in de goede volgorde!
walk
did
to school?
we

Slide 18 - Drag question

Sleep de woorden in de juiste volgorde om een goede zin te maken.
alone
can't
go
you
dancing
isn't
stay
he
late
out
allowed to

Slide 19 - Drag question

Sleep de woorden in de juiste volgorde om een goede passive zin te maken.
house
me
the
painted
by
was
countries
spoken
seven
Dutch
in
is

Slide 20 - Drag question

Sleep de woorden in de juiste volgorde om een goede zin te maken.
tonight?
can't
go
you
dancing
I
pass
hopefully
exams
my
will

Slide 21 - Drag question

Sleep de woorden in de juiste volgorde om een goede passive zin te maken.
house
me
the
painted
by
was
countries
spoken
seven
Dutch
in
is

Slide 22 - Drag question

Sleep de woorden in de juiste volgorde om een goede zin te maken.
school
cycle
I
always
to
mother
the
my
never
dishes
washes

Slide 23 - Drag question

Sleep de woorden in de juiste volgorde om een goede zin te maken.
anymore
play
We
never
outside
cat
his
the
always
cat food
finishes

Slide 24 - Drag question

Zet de volgende zin in de juiste volgorde:
1:
2:
the cat
slept
on my bed
last night
I  
went to
New York
in 2010

Slide 25 - Drag question

Sleep de woorden in de juiste volgorde om een goede zin te maken.
* pairs = tweetallen
work
in
We
only
pairs
lovely
my
I
visit
often
grandmother

Slide 26 - Drag question

Sleep de woorden in de juiste volgorde om een goede zin te maken.
walks
home
she
always
herself
ice cream
some
Can
have
I
please?
by

Slide 27 - Drag question

Sleep de woorden in de juiste volgorde om een goede zin te maken.
tonight?
can't
go
you
dancing
I
pass
hopefully
exams
my
will

Slide 28 - Drag question

Sleep de correcte vorm (adjective of adverb) naar de zin, de rest naar het vak 'foute antwoorden'.

Do you know the ____________time?
The organisation _____________ replied to my letter.
My dad ______________ waited for his lunch.
Antilope always run very __________.
foute antwoorden
exact
exactly
quick
quickly
patient
patiently
fast
fastly

Slide 29 - Drag question

Feed forward
Kijk het filmpje uit de volgende dia voor extra uitleg en/of klik op de link in slide erna om extern te oefenen. 
Onthoud: ook je digitale leeromgeving geeft je veel handvatten om dit onderwerp te bestuderen en jezelf te versterken

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Video

Slide 32 - Link