1.4 Opvoeding in onze moderne samenleving

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

1.4 opvoeding in onze moderne samenleving

- Beantwoord alle vragen

- Op de laatste 3 dia's staan de antwoorden op de vragen die in je boek staan. Controleer je antwoord en corrigeer als dat nodig is.

1.1 Opvoeding van jongeren

1.2 Autoritaire en vrije opvoeding

1.3 Waarden en normen

1.4 Opvoeding in onze moderne samenleving

Opvoeden, dressuur

Autoritaire opvoeding, vrije opvoeding, beïnvloeding, socialisatie

Waarden, normen en gewoonten

statische maatschappij, dynamische maatschappij, onderhandelingsopvoeding

Begrippen 1.4 Opvoeding in onze moderne samenleving

1. Statische maatschappij: Een maatschappij die bijna niet verandert.

2. Dynamische maatschappij: Een maatschappij die snel verandert.

3. Onderhandelingsopvoeding: Er wordt onderhandeld over regels. Ouders en kinderen zoeken samen naar een oplossing.

Een maatschappij die bijna niet verandert.

Een maatschappij die snel verandert.

Er wordt onderhandeld over regels. Ouders en kinderen zoeken samen naar een oplossing.

Statische maatschappij

Dynamische maatschappij

Onderhandelingsopvoeding

Een maatschappij die bijna niet verandert.

Een maatschappij die snel verandert.

Er wordt onderhandeld over regels. Ouders en kinderen zoeken samen naar een oplossing.

Statische maatschappij

Dynamische maatschappij

Onderhandelingsopvoeding

Er wordt onderhandeld over regels. Ouders en kinderen zoeken samen naar een oplossing.

1. statische maatschappij
2. dynamische maatschappij
3. onderhandelingsopvoeding
4. waarden

Een maatschappij die snel verandert.

1. statische maatschappij
2. dynamische maatschappij
3. onderhandelingsopvoeding
4. waarden

Een maatschappij die bijna niet verandert.

1. statische maatschappij
2. dynamische maatschappij
3. onderhandelingsopvoeding
4. waarden

Onderhandelingsopvoeding

1. Een maatschappij die bijna niet verandert.
2. Een maatschappij die snel verandert.
3. Er wordt onderhandeld over regels. Ouders en kinderen zoeken samen naar een oplossing.
4. Gedrag dat mensen bijna automatisch doen.

Dynamische maatschappij

1. Een maatschappij die bijna niet verandert.
2. Een maatschappij die snel verandert.
3. Er wordt onderhandeld over regels. Ouders en kinderen zoeken samen naar een oplossing.
4. Gedrag dat mensen bijna automatisch doen.

Statische maatschappij

1. Een maatschappij die bijna niet verandert.
2. Een maatschappij die snel verandert.
3. Er wordt onderhandeld over regels. Ouders en kinderen zoeken samen naar een oplossing.
4. Gedrag dat mensen bijna automatisch doen.

Kennisvragen-antwoorden 1.4 Opvoeding in onze moderne samenleving

4 Weinig. 

5 Leren omgaan met de mensen die een kind omringen; godsdienstig zijn; alle voorkomende werkzaamheden op de boerderij verrichten. 

6 Vroeger was zijn macht vanzelfsprekend, nu zijn vrouw en man gelijk. 

7 Kinderen dienen zichzelf te leren redden; het verschil tussen goed en kwaad wordt bijgebracht; kennis bijbrengen; seksuele voorlichting; bekijken en beoordelen van omgeving; godsdienstige opvoeding.

Toepassingsvragen-antwoorden 1.4 Opvoeding in onze moderne samenleving

4 Weinig. 

5 Leren omgaan met de mensen die een kind omringen; godsdienstig zijn; alle voorkomende werkzaamheden op de boerderij verrichten. 

6 Vroeger was zijn macht vanzelfsprekend, nu zijn vrouw en man gelijk. 

7 Kinderen dienen zichzelf te leren redden; het verschil tussen goed en kwaad wordt bijgebracht; kennis bijbrengen; seksuele voorlichting; bekijken en beoordelen van omgeving; godsdienstige opvoeding.

In een statische maatschappij is de opvoeding duidelijk en voeden de ouders hun kinderen op zoals ze zelf zijn opgevoed.

1. juist
2. onjuist

Vroeger moesten de kinderen leren omgaan met de mensen om hen heen.

1. juist
2. onjuist

Vroeger leerde men het kind godsdienstig te zijn.

1. juist
2. onjuist

Vroeger werkten veel kinderen mee op de boerderij.

1. juist
2. onjuist

In een dynamische maatschappij veranderen de opvattingen over het huwelijk heel snel

1. juist
2. onjuist

In de vroegere gezinnen was moeder de baas.

1. juist
2. onjuist

Een van de onderdelen van opvoeding is het zelfstandig maken van kinderen.

1. juist
2. onjuist

Zaken die mensen het nastreven waard en waardevol vinden.

Wetten, regels en gewoonten waarvan men vindt dat men zich eraan behoort te houden.

Gedrag dat mensen bijna automatisch doen.

Waarden

Normen

Gewoonten

waarden

1. Overnemen van gedrag.
2. Gedrag dat mensen bijna automatisch doen.
3. Zaken die mensen het nastreven waard en waardevol vinden.
4. Wetten, regels en gewoonten waarvan men vindt dat men zich eraan behoort te houden.

normen

1. Overnemen van gedrag.
2. Gedrag dat mensen bijna automatisch doen.
3. Zaken die mensen het nastreven waard en waardevol vinden.
4. Wetten, regels en gewoonten waarvan men vindt dat men zich eraan behoort te houden.

gewoonten

1. Overnemen van gedrag.
2. Gedrag dat mensen bijna automatisch doen.
3. Zaken die mensen het nastreven waard en waardevol vinden.
4. Wetten, regels en gewoonten waarvan men vindt dat men zich eraan behoort te houden.