Didactiek van het lesgeven/ Leereenheid de Koers Doelstelling formuleren

Didactiek van het lesgeven 
           Doelstellingen
1 / 24
next
Slide 1: Slide
DidactiekMBOStudiejaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Didactiek van het lesgeven 
           Doelstellingen

Slide 1 - Slide

Waar denk je aan bij Doelstellingen?

Slide 2 - Mind map

Stelling:
Zonder doelstelling geen goede training
Eens
Oneens

Slide 3 - Poll

Doelstellingen in het Didactisch model

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Functies van doelstellingen
- Aan geven wat je wilt bereiken
- Het zet aan tot nadenken wat je wilt 
-  Komen tot een optimaal leerresultaat 
- Het geeft  richting in de les 
- Je kan je als lesgever verantwoorden


Slide 6 - Slide

Je doelstelling geeft richting aan de overige vier didactische componenten. 
  • de lesopbouw
  • de organisatie
  • de bewegingsvormen
  • de didactische werkvormen.
Door een bewuste invulling van deze vier componenten is de kans groot dat je de gewenste situatie bereikt.

Slide 7 - Slide

Soorten doelstellingen

Slide 8 - Slide

Motorisch gedrag

Slide 9 - Slide

Cognitief gedrag

Slide 10 - Slide

Sociaal-affectief gedrag

Slide 11 - Slide



- Aanleren van de schoolslag
- Verbeteren van positiespel
- Aanleren van de lay-up
- Verbeteren van het samenspel
Korte termijn doelstellingen
Altijd te maken met aanleren / verbeteren

Slide 12 - Slide


De bovenhandse techniek bij volleybal kunnen uitvoeren


Duurloop van 10km over een sterk wisselend parcours kunnen lopen
Algemeen --> Concreet
Volleybaltechniek verbeteren --> 
Een duurloop kunnen lopen --> 

Slide 13 - Slide

Voor het concreet beschrijven van doelen gebruiken we de vier stappen:


Formuleren...
1. Bewegingsvorm
2. Waarneembaar eindgedrag
3. Voorwaarden/omstandigheden
4. Minimumprestatie (kwalitatief/kwantitatief)

Slide 14 - Slide

De deelnemers kunnen een wreeftrap uitvoeren

De deelnemers kunnen een duurloop van 10km lopen

De deelnemers kunnen een voorwaartse salto springen
1. Bewegingsvorm

Slide 15 - Slide

De deelnemers kunnen een wreeftrap uitvoeren

De deelnemers kunnen een duurloop van 10km lopen

De deelnemers kunnen een voorwaartse salto springen
2. Waarneembaar eindgedrag

Slide 16 - Slide

De deelnemers kunnen de wreeftrap als voorzet toepassen

De deelnemers kunnen een duurloop van 10km over een sterk wisselend parcours lopen

De deelnemers kunnen een voorwaartse salto uit aanloop met afzet van een minitramp springen
3. Voorwaarden/omstandigheden

Slide 17 - Slide

Deelnemers kunnen de wreeftrap als voorzet uitvoeren, waarbij het standbeen telkens goed naast de bal wordt geplaatst.

De deelnemers kunnen een voorwaartse salto uit een aanloop met afzet van een minitramp springen, waarbij met twee benen wordt afgezet en de landing tot stabiele stand plaats vindt. 
4. Minimumprestatie

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

In deze leereenheid dien je een doelstelling concreet te kunnen formuleren!

Slide 21 - Slide

Lees!
bladzijde 70 tm 74 goed door.

Slide 22 - Slide

Maak opdracht 11 blz 75!
voor ondersteuning zie:


https://youtu.be/iGNHpCa4T8c?si=MnFkJ0MV2WHI-8xY

Slide 23 - Slide

Maak opdracht 12 en 13 (blz 75/76

Slide 24 - Slide