§1..2+3 Zuivere stoffen en mengsels

Hoofdstuk 1 Stoffen
§1.3 Zuivere stoffen en mengsels
1 / 39
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 1 Stoffen
§1.3 Zuivere stoffen en mengsels

Slide 1 - Slide

WAT GAAN WE DOEN?
  • Leerdoelen herhalen 1.2
  • Uitleg paragraaf 1.3
  • Aantal vragen
  • Samenvatting
  • Filmpje over ZOUT
  • Aan het werk

Slide 2 - Slide

Leerdoelen:
  • Je kunt het verschil aangeven tussen zuivere stoffen en mengsels.
  • Je kunt oplossingen en suspensies onderscheiden.
  • Je kunt beschrijven hoe je stoffen kunt scheiden door middel van extractie of filtreren.

Slide 3 - Slide

Mengsel
  • De meeste stoffen die je thuis tegenkomt, zijn mengsels.
  • Een mengsel bestaat uit meerdere stoffen.

Slide 4 - Slide

Zuivere stof
  • Soms is een stof in huis een zuivere stof.
  • Voorbeelden: suiker en zout

Slide 5 - Slide

 Zuivere stoffen en mengsels
  • Een zuivere stof bestaat uit één soort stof.
  • Een mengsel bestaat uit twee of meer soorten stoffen.

Slide 6 - Slide

mengsel:
meerdere soorten stoffen
zuivere stof:
één soort stof

Slide 7 - Slide

OPLOSSINGEN

Slide 8 - Slide

Oplossingen
Als een stof oplost in water noem je dat een oplossing.
  • is helder
  • kan een kleur hebben
  • bestaat uit oplosmiddel
  • en opgeloste stof

Slide 9 - Slide

Suspensie
Als een stof niet oplost in water noem je dat een suspensie.
  • is troebel
  • is wit of gekleurd
  • bestaat uit vloeistof
  • en vaste stof

Slide 10 - Slide

Een aantal vragen......

Slide 11 - Slide

Je gaat een cake bakken. Hiervoor heb je een aantal ingrediënten nodig.
Geef aan welk ingrediënt een zuivere stof is.
A
ei
B
melk
C
suiker
D
glazuur

Slide 12 - Quiz

Limonade is een
A
mengsel
B
zuivere stof

Slide 13 - Quiz

IJzer is een
A
mengsel
B
zuivere stof

Slide 14 - Quiz

Thee is een
A
mengsel
B
zuivere stof

Slide 15 - Quiz

Welke stelling is waar?
A
een zuivere stof bestaat uit meer dan één stof
B
een zuivere stof is één soort molecuul

Slide 16 - Quiz

Een oplossing is altijd helder
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quiz

SAMENVATTING
  • Oplossing
  • is helder 
  • kan een kleur hebben
  • bestaat uit oplosmiddel
  • en opgeloste stof
  • Suspensie
  • is troebel 
  • is wit of gekleurd
  • bestaat uit vloeistof
  • en vaste stof

Slide 18 - Slide

SCHEMATISCH
  • Je kunt een mengsel scheiden. 
  • Je krijgt dan twee of meer zuivere stoffen.

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Scheidingsmethode
Suspentie &  Emulsie:                          Oplossing:                    
Bezinken                                                   chromatografie          
centrifugeren                                         indampen
Filteren                                                      destilleren
extractie 
adsorptie                                            

Slide 22 - Slide

FILTREREN
  •  Op basis van deeltjes grootte.
  •  Grote deeltjes gaan niet door het filtreerpapier, kleine deeltjes wel.
Het RESidu is de RESt.
De vaste stof die in het filter achterblijft.

Het filtrAAT is wat door het filter gAAT.
De vloeistof die niet door het filter wordt tegengehouden.

Slide 23 - Slide

EXTRAHEREN
  • Betekent "eruit halen".
  • Je hebt een geschikt oplosmiddel nodig.

Het oplosmiddel is hier water.
Het water "trekt" de smaak uit de droge theeblaadjes.

Slide 24 - Slide

EXTRAHEREN

Slide 25 - Slide

TEST JEZELF

Slide 26 - Slide

Cola is een
A
oplosmiddel
B
mengsel
C
zuivere stof
D
residu

Slide 27 - Quiz

Keukenzout zonder jodium is een voorbeeld van een ......
A
mengsel
B
zuivere stof
C
suspensie
D
filtraat

Slide 28 - Quiz

Thee is een mengsel. Thee bestaat dus uit..........
A
meerdere soorten stoffen
B
1 soort stof
C
1 stof
D
een suspensie

Slide 29 - Quiz

Als je zand met water mengt krijg je een ........
A
oplossing
B
suspensie
C
emulsie
D
filtraat

Slide 30 - Quiz

Sprite is een heldere kleurloze frisdrank. Dit is een voorbeeld van een........
A
oplossing
B
suspensie
C
filtraat

Slide 31 - Quiz

Verf is troebel en kan wit of gekleurd zijn. Verf is een voorbeeld van een.......
A
oplossing
B
suspensie
C
filtraat

Slide 32 - Quiz

Als je een suspensie filtreert.........
A
dan houd je altijd een zuivere stof over
B
zijn de niet-opgeloste deeltjes het residu
C
dan is het filtraat altijd kleurloos

Slide 33 - Quiz

Thee zetten is een voorbeeld van extraheren. Hierbij is water .........
A
de smaakstof
B
het filtraat
C
het oplosmiddel
D
de opgeloste stof

Slide 34 - Quiz

Chokoladepasta is een....
A
zuivere stof
B
mengsel

Slide 35 - Quiz

Je gaat een pizza bakken.
Hiervoor heb je een aantal ingrediënten nodig.
Welk ingrediënt is een zuivere stof?
A
deeg
B
natuurlijk zout
C
kaas
D
tomatenpuree

Slide 36 - Quiz

Een suspensie is doorzichtig
A
waar
B
niet waar

Slide 37 - Quiz

Op sommige verpakkingen kun je lezen ‘schudden voor gebruik’.
Het product dat in de verpakking zit is een...
A
zuivere stof
B
mengsel
C
suspensie

Slide 38 - Quiz

Je kunt geur- en smaakstoffen uit plantendelen halen.
Hoe noem je deze manier om stoffen uit planten te winnen?
A
filtreren
B
extraheren
C
oplossen

Slide 39 - Quiz