What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
# Voorbereidingen CE teksten begrijpen en woordenschat 2f
Lezen & luisteren
CE 2F/3F
1 / 16
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
MBO
Studiejaar 1,2
This lesson contains
16 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Lezen & luisteren
CE 2F/3F
Slide 1 - Slide
Lesdoel
Voorbereiding op het centraal examen lezen en luisteren.
Vragen over tekstbegrip vormen een onderdeel in de vragen en teksten van het CE Nederlands.
Je kent en herkent de functie van signaalwoorden.
Je weet wat verwijswoorden zijn.
Je weet waar ze naar verwijzen.
Slide 2 - Slide
Heb je zin in de herfstvakantie?
Ja, ik kan niet wachten. Mijn koffers zijn al gepakt.
Herfstvakantie? Wanneer dan?
Nee, ik heb liever les.
Nee, want ik heb het te druk.
Ja, maar ik had liever twee weken gehad.
Mijn antwoord staat er niet bij.
Slide 3 - Poll
Slide 4 - Video
Wat is de functie van het filmpje?
A
Informeren en bewust maken van de reizigers.
B
Instrueren en waarschuwen van de reizigers.
C
Overtuigen en personeel werven voor de luchthavens.
D
De spot drijven met de maatschappij.
Slide 5 - Quiz
Bij welke luchthaven vertrekken de reizigers? Hoe weet je dat?
Slide 6 - Open question
Hoeveel procent woorden van een tekst moet je eigenlijk kennen om een tekst goed te kunnen begrijpen?
A
40%
B
50%
C
70%
D
90%
Slide 7 - Quiz
Woordenschat, signaalwoorden,
spreekwoorden, uitdrukkingen,
verwijswoorden
Om een tekst goed te kunnen begrijpen, moet de lezer ruim 90% van de gebruikte woorden kennen (het tekstdekkingspercentage).
Slide 8 - Slide
Signaalwoorden geven het verband in een zin/tekst aan.
Slide 9 - Slide
VERGELIJKING
A
net als
B
kortom
C
als
D
waarmee
Slide 10 - Quiz
SAMENVATTING
A
hierdoor
B
concluderend
C
om
D
kortom
Slide 11 - Quiz
Verwijswoorden
Verwijswoorden geven geen tekstverband aan.
Ze verwijzen naar eerdere of latere woorden, zinsdelen of zinnen in de tekst.
Het verwijswoord kun je meestal vervangen door het woord waar het naar verwijst.
Veelvoorkomende verwijswoorden: deze, dit, die, het, ze, hen, hun
Slide 12 - Slide
De studenten gaan zometeen hard aan het werk. Ze hebben geleerd hoe ze verwijswoorden kunnen herkennen en toepassen in een zin.
Waar verwijst “ze” naar?
A
De studenten
B
hard
C
werk
D
verwijswoorden
Slide 13 - Quiz
Geef het (de) verwijswoord(en) aan.
Ik geef het aan hun.
A
ik/het
B
ik/hun
C
het/hun
D
Er zit geen verwijswoord in deze zin.
Slide 14 - Quiz
Zelfstandig werken
Taalblokken 2F en 3F: lees-en luistertoetsen
Taalblokken : grammatica (signaalwoorden en verwijswoorden)
Na de vakantie: oefenexamens lezen en luisteren.
Slide 15 - Slide
Geef het (de) verwijswoord(en) aan.
Ik geef het aan hun.
A
ik/het
B
ik/hun
C
het/hun
D
er zit geen verwijswoord in deze zin
Slide 16 - Quiz
More lessons like this
Laatste les 2F Voorbereidingen CE teksten begrijpen en woordenschat
September 2022
- Lesson with
25 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
1. Voorbereidingen CE teksten begrijpen en woordenschat 2f
March 2023
- Lesson with
26 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
# Voorbereidingen CE teksten begrijpen en woordenschat 2f
September 2022
- Lesson with
29 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
# Voorbereidingen CE teksten begrijpen en woordenschat 2f
October 2024
- Lesson with
27 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Voorbereidingen CE teksten begrijpen en woordenschat 2f
February 2023
- Lesson with
35 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
# Voorbereidingen CE teksten begrijpen en woordenschat 2f
October 2022
- Lesson with
33 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
1. Voorbereidingen CE teksten begrijpen en woordenschat 2f
May 2023
- Lesson with
32 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
1. Voorbereidingen CE teksten begrijpen en woordenschat 2f
January 2023
- Lesson with
33 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1