Hoofdstuk 1

• Nederlands
• Voortgezet speciaal onderwijs

Klemtonen

Dit hoofdstuk gaat over de klemtoon in een woord. 

je oefent met het plaatsen van de klemtoon. 

elk woord heeft een klemtoon. 

De klemtoon betekent: op deze lettergreep ligt de nadruk 

kijk naar de volgende woorden, 

de lettergreep waar de klemtoon op valt is oranje. 

let - ter - greep 

ver - drie - tig 

kwa - li - teit 

cho - co - la - de 

eu - ro - pa 

fan - tas - tics

je kent al enkele belangrijke begrippen. 

* klinker

* medeklinker

*lettergreep

*enkelvoud

*meervoud 

schrijf de 5 klinkers op.

schrijf 10 medeklinkers op

verdeel de woorden in lettergrepen. 

schrijf het zo op:

lo-pen

werken

tafel

hangplek

stromen

wat is het enkelvoud van
de dorpen (vergeet het lidwoord niet)

wat is het enkelvoud van:

de lanen

Wat is het enkelvoud van:
de wespen

wat is het enkelvoud van:
de straten

schrijf het meervoud op

1 hond -> 3 _______

schrijf het meervoud op

1 wet -> alle _______

schrijf het meervoud op

1 kip -> 100 _______

schrijf het meervoud op

1 laars -> 1 paar _______

in de volgende vragen krijg je steeds een woord te zien dat in lettergrepen is opgeschreven. 

lees de woorden hardop. 

spreek ze duidelijk uit. 

als je de woorden goed leest, hoor je waar de klemtoon op valt. 

(als je het niet kun horen mag je het opzoeken)

Waar valt de klemtoon bij het woord:

spe-ci-aal

1. spe
2. ci
3. aal

Waar valt de klemtoon bij het woord:

woor-den-boek

1. woor
2. den
3. boek

Waar valt de klemtoon bij het woord:

broc-co-li

1. broc
2. co
3. li

Waar valt de klemtoon bij het woord:

af-val-bak

1. af
2. val
3. bak

Waar valt de klemtoon bij het woord:

be-te-ke-nis

1. be
2. te
3. ke
4. nis

bedenk zelf 4 woorden en schrijf ze op in lettergrepen.
bijvoorbeeld: lo-pen / wer-ken

afsluiting

dit hoofdstuk ging over de klemtoon in een woord. 

Je hebt geoefend met het plaatsen van de klemtoon

De klemtoon betekent: op. deze lettergreep ligt de nadruk.