Tijd van ontdekkers en hervormers

Tijd van ontdekkers en hervormers.
1 / 20
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Tijd van ontdekkers en hervormers.

Slide 1 - Slide

Het begin van de Europese overzeese expansie 
 
In de 15e eeuw maakten de Turks-Osmaanse veroveringen een einde aan de Europese handel in het oostelijk Middellandse Zeegebied. Op zoek naar goud en om specerijen uit Oost-Azië te halen verkenden Portugezen en Spanjaarden als eersten de kusten van Afrika, Azië en Amerika. Spanjaarden en Portugezen veroverden grote delen van Amerika waar ze kolonies stichtten. De indiaanse bevolking kwam grotendeels om. Aan het einde van de 16e eeuw reisden ook Nederlanders, Engelsen en Fransen naar Oost-Azië. Langs de Afrikaanse en Aziatische kusten stichtten Europeanen versterkte handelsposten. Tussen de vier werelddelen kwam een uitwisseling van personen, goederen en culturen op gang. 

Slide 2 - Slide

Het veranderende mens- en wereldbeeld van de renaissance en het begin van een nieuwe wetenschappelijke belangstelling.

 Door de welvaart veranderde het mens- en wereldbeeld van burgers in Italië vanaf omstreeks 1350. Geïnspireerd door de oudheid ontstond een nieuw levensgevoel met meer oog voor de plezierige kanten van het leven, meer belangstelling voor de wereld en een kritische instelling in het natuurwetenschappelijk denken. Vanaf omstreeks 1500 werden de ideeën van de renaissance over Europa verspreid.   
 

Slide 3 - Slide


De hernieuwde oriëntatie op het erfgoed van de klassieke oudheid

  De herboren interesse voor de Grieks-Romeinse cultuur uitte zich in een meer wereldlijke en realistische schilder- en beeldhouwkunst, de toepassing van de klassieke vormentaal in de bouwkunst en de bestudering van klassieke teksten dor humanisten. 

Slide 4 - Slide

De protestantse Reformatie die splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had  

In de tijd van steden en staten had de rooms-katholieke kerk haar macht vergroot met nieuwe denkbeelden en gebruiken. Omstreeks 1500 groeide de kritiek hierop. Hervormers bepleitten een terugkeer naar het zuivere geloof, gebaseerd op de Bijbel. Door het kritisch optreden van Luther in 1517 en zijn uitzetting uit de kerk door de paus begon de Reformatie. Er ontstond een splitsing tussen katholieken die bij de roomse kerk bleven en protestanten die eigen kerken stichtten. De hervormer Calvijn kreeg veel aanhang in Nederland.  

Slide 5 - Slide

Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat  

De Spaanse koning Filips II was landsheer van de Nederlanden. In 1568 kwamen Nederlanders onder leiding van Willem van Oranje in opstand tegen Filips vanwege zijn centralisatiepolitiek en zijn felle vervolging van protestanten. Gedurende de Opstand (Tachtigjarige Oorlog) breidden de opstandelingen hun gebied uit vanuit het westen van Holland en Zeeland   tot vrijwel het huidige grondgebied van Nederland. In 1581 zetten de Staten-Generaal van de zeven opstandige gewesten Filips af als landsheer. In 1588 vormden ze de Republiek der Verenigde Nederlanden. In 1648 sloten de Republiek en Spanje de Vrede van Münster.   
  
 

Slide 6 - Slide

Wat is een andere naam voor dit tijdvak?
A
de renaissancetijd
B
de verlichting
C
de christelijke expansie
D
de wetenschappelijke revolutie

Slide 7 - Quiz

Wie schilderde dit schilderij?
A
Michelangelo
B
Rembrandt van Rijn
C
Johannes Calvijn
D
Leonardo da Vinci

Slide 8 - Quiz

Wat is het ontbrekende woord?
Een kenmerk van het tijdvak is het veranderende mens- en wereldbeeld van de …….. en het begin van een nieuwe …….. belangstelling.
A
ontdekkingen, goddelijke
B
renaissance, wetenschappelijke
C
middeleeuwen, Bijbelse
D
hervormers, wereldse

Slide 9 - Quiz

Welke van de volgende landen hoort niet bij de Europese expansie uit dit tijdvak?
A
Portugal
B
Spanje
C
Nederland
D
Duitsland

Slide 10 - Quiz

Welke bewering over de kerkhervormers is onjuist?
A
Maarten Luther had felle kritiek op de handel in aflaten.
B
Maarten Luther vond priester overbodig
C
Calvijn vond dat de mens was voorbestemd
D
Calvijn vond dat je wereldlijk gezag altijd moest gehoorzamen

Slide 11 - Quiz

Bij welke ontwikkeling past de uitspraak: 'het levensmotto veranderde van 'gedenk te sterven' naar 'pluk de dag'.
A
De reformatie
B
De renaissance
C
De expansie
D
De Opstand

Slide 12 - Quiz

Welke document kan worden gezien als de onafhankelijkheidsverklaring van de Nederlandse opstandelingen?
A
De Unie van Utrecht
B
De Unie van Atrecht
C
De Beeldenstorm
D
Het Plakkaat van Verlatinge

Slide 13 - Quiz

Wat was voor de Nederlanden geen reden om in opstand te komen tegen Spanje?
A
Andersdenkenden werden door Spanjaarden vervolgd
B
Filips II hield weinig rekening met de privileges van de adel
C
Hertog Alva trad hard op tegen opstandelingen
D
Filips II probeerde het bestuur te centraliseren

Slide 14 - Quiz

Welke jaartallen horen bij de Nederlandse Opstand?
A
1566-1648
B
1572-1621
C
1572-1648
D
1568-1609

Slide 15 - Quiz

Tussen 1609-1621 had de Republiek een 12- jarig bestand. Welke personen speelden toen een belangrijke rol?
A
Willem I - Margaretha van Parma
B
Frederik Hendrik- Johan de Wit
C
Willem van Oranje- Filips II
D
Maurits - Oldenbarnevelt

Slide 16 - Quiz

Welke twee kenmerkende aspecten horen bij de tijd van Ontdekkers en Hervormers?
A
Het begin van staatvorming en centralisatie
B
Het conflict in de Nederlanden dat leidde tot de vorming van de Republiek
C
De opkomst van de stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van de steden.
D
De hernieuwde oriëntatie op het erfgoed van de klassieke oudheid.

Slide 17 - Quiz

Bij welke historische periode hoort dit tijdvak?
A
Middeleeuwen
B
Vroegmoderne tijd
C
Moderne tijd
D
Ontdekkingstochten

Slide 18 - Quiz

Welke van de volgende beweringen over de Opstand is onjuist?
A
Willem van Oranje was in het begin van de Opstand de leidende figuur.
B
Spanje was als katholiek land fel tegen het calvinisme in de Nederlanden.
C
De Vrede van Munster hield in dat Spanje de Republiek erkende als staat.
D
Na de Opstand was de rol van de Oranjes uitgespeeld en namen de regenten het bestuur volledig over.

Slide 19 - Quiz

Welke combinatie van gebeurtenissen is juist?
A
Frankrijk-Edict van Nantes, Engeland-Anglicaanse kerk, Republiek-Beeldenstorm
B
Frankrijk-Edict van Nantes, Engeland-Beeldenstorm, Republiek-Anglicaanse Kerk
C
Frankrijk-Anglicaanse Kerk, Engeland-Beeldenstorm, Republiek-Edict van Nantes.
D
Frankrijk-Beeldenstorm, Engeland-Edict van Nantes, Republiek-Anglicaanse Kerk.

Slide 20 - Quiz