3H1_H4_les4_theorie_grammatica3

Grammatica H4
woordsoorten
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Grammatica H4
woordsoorten

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
Na deze les 
- weet je wat een tussenwerpsel is
- kun je tussenwerpsels herkennen en benoemen

Slide 2 - Slide

Planning deze les
- herhaling theorie grammatica zinsdelen H4
- theorie grammatica woordsoorten H4
- oefenen
- huiswerk

Slide 3 - Slide

Noem 2 kenmerken van een beknopte bijzin

Slide 4 - Open question

Theorie grammatica - zinsdelen
  • Een beknopte bijzin kun je ontleden in de hoofdzin:

  • De angst door anderen uitgelachen te worden, was voor Jonas een ware obsessie.

Slide 5 - Slide

Theorie grammatica - zinsdelen
  • Een beknopte bijzin kun je ontleden in de hoofdzin:

  • De angst door anderen uitgelachen te worden, was voor Jonas een ware obsessie.

  • Wat is de beknopte bijzin?

Slide 6 - Slide

Wat is de beknopte bijzin?
De angst door anderen uitgelachen te worden, was voor Jonas een ware obsessie.

Slide 7 - Open question

Herhaling zinsdelen
ow = wie/wat + wg
lv = wie / wat + wg + ow?
mv = aan wie / voor wie?
bwb = letterlijk bedoeld (plaats/tijd/prullenbak)
bvb = zinsdeelstuk --> geeft extra informatie over de kern

Slide 8 - Slide

Wat is de functie van de beknopte bijzin?
De angst door anderen uitgelachen te worden, was voor Jonas een ware obsessie.

Slide 9 - Open question

Theorie grammatica - zinsdelen
  • Een beknopte bijzin kun je ontleden in de hoofdzin:

  • De angst door anderen uitgelachen te worden, was voor Jonas een ware obsessie.

  • Welke functie heeft deze beknopte bijzin in de hoofdzin?
  • Bijv.bep. --> angst (welke angst? 'door ... te worden')

Slide 10 - Slide

Ik snap dit goed.
😒🙁😐🙂😃

Slide 11 - Poll

Theorie grammatica
woordsoorten

Slide 12 - Slide

Tussenwerpsel (tw)
  • bevestiging/ontkenning: ja, nee, jawel


Slide 13 - Slide

Tussenwerpsel (tw)
  • bevestiging/ontkenning
  • emotie: au, ach, hoera, bah, foei, oei, hèhè


Slide 14 - Slide

Tussenwerpsel (tw)
  • bevestiging/ontkenning
  • emotie
  • sociaal contact: hoi, goedenavond, pardon


Slide 15 - Slide

Tussenwerpsel (tw)
  • bevestiging/ontkenning
  • emotie
  • sociaal contact
  • klanknabootsingen: miauw, waf, brr, toktok, tuuttuut



Slide 16 - Slide

Tussenwerpsel (tw)
  • Let op: sommige woorden kunnen ook een bw of zn zijn!
  • Gelukkig (tw), mijn huiswerk is af!
  • Mijn huiswerk is gelukkig (bw) af.

  • Top (tw), je hebt de toets foutloos gemaakt,
  • Je hebt de top (zn) van de berg niet bereikt.

Slide 17 - Slide

Huiswerk
H4 grammatica woordsoorten:
Maak online de volgende opdrachten:
opdr. 1-3

Let op: je tweede leesboek moet in de meivakantie uit zijn

Slide 18 - Slide