5H Economie par. 18.2 en 18.3

Huiswerkopgave 1b
A
1984
B
1991
C
1994
D
1999
1 / 20
next
Slide 1: Quiz
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Huiswerkopgave 1b
A
1984
B
1991
C
1994
D
1999

Slide 1 - Quiz

Hw.
1a> Loon en Toegerekend loon zelfstandigen
1c>  Het staafdiagram is de verandering van de zwarte lijn

1d> Daling aiq betekent stijging winstquote
Meer investeringen, dus meer bestedingen
Meer productie, dus meer werkgelegenheid en nog meer bestedingen

Slide 2 - Slide

Primair inkomen:

Alle beloningen productiefactoren

Inkomen uit arbeid + Inkomen uit bezit

Alle lonen, rentes, huren, pachten en winsten

Slide 3 - Slide

Herverdeling inkomens door overheid via:

- ( progressief ) belastingsysteem

- overdrachtsinkomens, zoals uitkeringen en toeslagen

Slide 4 - Slide

Secundair inkomen =

Primair inkomen - Belastingen en premies + Overdrachtsinkomens

Slide 5 - Slide

Puzzel oorzaken inkomensverschillen
        1 j                           6 d        
2 e                           7 b
3 f                            8 i
4 a                                9 g
5 h                             10 c



Slide 6 - Slide

Functies inkomensverschillen:

- Prikkel tot betere arbeidsprestaties
- Prikkel tot scholing
- Prikkel tot mobiliteit
- Tegengaan armoedeval

Slide 7 - Slide

Hoe is het inkomen verdeeld?
  • De marktwerking resulteert in een verdeling van inkomsten en beloningen.
  • Zet alle mensen met een inkomen op een lange rij van arm tot rijk.
  • Schrijf erbij wat ze verdienen, en je hebt de inkomensverdeling

Slide 8 - Slide

4

Slide 9 - Video

DE LORENZ CURVE

Slide 10 - Slide

1 voor 1 is veel werk, stel we delen de bevolking in 10 groepen op
armste 10% verdient 2% vh inkomen, dus roosterpunt ( 10, 2 )
armste 20% verdient 6% vh inkomen, dus roosterpunt ( 20, 6 ), enz.
  • De marktwerking resulteert in een verdeling van inkomsten en beloningen.
  • Zet alle mensen met een inkomen op een lange rij van arm tot rijk.
  • Schrijf erbij wat ze verdienen, en je hebt de inkomensverdeling

Slide 11 - Slide

Het eindresultaat
De buik is groot >> de ongelijkheid is ....
De buik is klein >> de ongelijkheid is ....
  • De marktwerking resulteert in een verdeling van inkomsten en beloningen.
  • Zet alle mensen met een inkomen op een lange rij van arm tot rijk.
  • Schrijf erbij wat ze verdienen, en je hebt de inkomensverdeling

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

DE LORENZ CURVE
Conclusies

De armste 40% verdient 10% van het inkomen
De rijkste 60% verdient 90% van het inkomen
De armste 80% verdient 50% van het inkomen
De rijkste 20% verdient 50% van het inkomen

Slide 15 - Slide

Hoe verder de curve van de diagonaal afligt, hoe schever het inkomen is verdeeld.
A
Waar
B
Niet waar
C
kan je niet zeggen
D
Die diagonaal heeft geen betekenis

Slide 16 - Quiz

blz. 205
De primaire inkomensverdeling is ... dan de secundaire
A
minder scheef
B
schever
C
minder eerlijk
D
eerlijker

Slide 17 - Quiz

blz. 205
De inkomensverdeling van Sierra Leone is ... dan die van Nederland
A
minder scheef
B
schever

Slide 18 - Quiz

blz. 195
De inkomensverdeling van 2007 is ... dan die van 1960
A
minder scheef
B
schever

Slide 19 - Quiz

Hw.
Huiswerkopgaven 2 en 3

Slide 20 - Slide