Recht

Toets recht
Ga naar lessonup.app op je computer of telefoon.
Deze site heb je nodig voor de test - 
1 / 24
next
Slide 1: Slide
rechtMBOStudiejaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Toets recht
Ga naar lessonup.app op je computer of telefoon.
Deze site heb je nodig voor de test - 

Slide 1 - Slide

1. Hoe lang duurt een proefperiode bij een arbeidsovereenkomst korter dan 6 maanden?

Slide 2 - Open question

2. Ronald is 16 jaar. Juridisch is hij dus handelingsonbekwaam. Op een dag koopt hij een trui van € 40.
Wat geldt er voor deze overeenkomst?
Deze overeenkomst is …
A
geldig en vernietigbaar
B
geldig en niet vernietigbaar
C
ongeldig en vernietigbaar

Slide 3 - Quiz

3. Op de website van Coolblue staat een monitor aangeboden voor € 250 in plaats van € 400. Sven bestelt er één per mail. Zijn e-mail komt op zondagavond in de mailbox van Coolblue aan. Op maandagmorgen kondigt de website aan dat de actie is ingetrokken. Is Coolblue verplicht de monitor voor € 250 te leveren aan Sven?
A
Ja, de overeenkomst is tot stand gekomen op het moment dat Sven zijn bestelling bij Coolblue heeft gedaan.
B
Ja, een aanbieding op een website kan namelijk niet worden ingetrokken.
C
Nee, een aanbieding op een website kan op elk moment worden ingetrokken.
D
Nee, een aanbieding op een website heeft geen juridische verplichtingen tot gevolg.

Slide 4 - Quiz

4. Op de website van Coolblue staat een monitor aangeboden voor € 10 in plaats van € 1000. Sven bestelt er één per mail.Op maandagmorgen krijgt hij een mail dat er een foute prijs op de website stond en dat Coolblue niet overgaat tot leveren. Mag Coolblue dit doen. Ja, waarom? Nee, waarom niet?

Slide 5 - Open question

Slide 6 - Video

5. In een winkel in cadeauartikelen breekt brand uit. Door de brand heeft de
ondernemer geen inkomsten gehad, terwijl de kosten gewoon doorliepen.
Welke verzekering dekt deze schade?
A
bedrijfsschadeverzekering
B
inboedelverzekering
C
opstalverzekering

Slide 7 - Quiz

6.Wanneer komt een startende ondernemer in aanmerking voor zelfstandigenaftrek?
A
Als je bedrijf het eerste jaar niet meer winst maakt dan € 20.000
B
Als je per jaar minimaal 1.225 uur werkt in je bedrijf en dit kunt verantwoorden met een administratie.
C
Als minimaal 50% van de totale arbeidstijd als productieve bedrijfsuren te boek staat en je dat kunt aantonen met een administratie.

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Slide

6. Een factuur moet volgens de Belastingdienst aan een reeks basiseisen voldoen. De factuur op de vorige slide voldoet daar niet aan.
3Deze factuur bevat vijf fouten. Schrijf deze vijf fouten op.

Slide 10 - Open question

7. Wat is, belastingtechnisch gezien, de reden om een factuurdatum verplicht
te stellen?

Slide 11 - Open question

8. Bij welke belasting is de inhoudingsplichtige dezelfde persoon als de belastingplichtige?
A
BTW
B
Loonbelasting
C
Vennootschapsbelasting

Slide 12 - Quiz

9. Een klant heeft een paar schoenen gekocht. Na 4 weken worden er spijkertjes
zichtbaar. De klant bezeert zich hieraan. Dit is een productiefout.
In de verkoopvoorwaarden staat dat artikelen binnen 14 dagen geruild kunnen worden. Moet de winkel dit artikel terug nemen?

Slide 13 - Open question

10. De feestdagen komen er weer aan. Peter heeft besloten om bij de lokale elektronicazaak een fonkelnieuw gourmetstel te kopen. Begin december besluit hij het stel alvast uit te proberen. Hij zet het apparaat aan en bijna direct ontploft de thermostaat en het apparaat spat uit elkaar in duizend stukjes. Peter loopt flinke brandwonden op en de tafel waarop het gourmetstel staat, is ook flink beschadigd. Peter stelt de winkelier aansprakelijk maar deze verwijst hem door naar de producent. Kan de winkelier dat doen of is hij zelf (ook) aansprakelijk?

Slide 14 - Open question

11 Bij een inbraak is er voor € 5000.- gestolen. (dit is de inkoopwaarde ex BTW). De
ondernemer heeft een inboedelverzekering. De inboedel is verzekerd voor € 80000.-
De expert stelt vast dat de gezonde waarde van de inboedel € 100000,- bedraagt.
De verzekering kent een indexering clausule. Hierdoor wordt er standaard 10% bij het
verzekerd bedrag opgeteld. Hoeveel keert de verzekering uit?

Slide 15 - Open question

12. inboedel en voorraad zijn verzekerd voor 80000,-. Brandschade bedraagt 30000,-
Gezonde waarde is van de inboedel is 120000,-
De verzekering kent een indexclausule. Hierdoor wordt er standaard 25% extra bij het verzekerd bedrag opgeteld. Hoeveel keert de verzekering uit?

Slide 16 - Open question

13. een ondernemer sluit voor zichzelf een nieuwe zorgverzekering af. Hij neemt alleen een basisverzekering. De nominale premie bedraagt € 1100,- Poliskosten bedragen 1% van de nominale premie. De inkomensafhankelijke bijdrage zorgverzekeringswet is 5,1 %. Over het bijdrage inkomen. Het bijdrage inkomen is maximaal € 31231.- de winst uit de onderneming bedraagt € 30000,-.
Wat worden de maandelijkse lasten?

Slide 17 - Open question

Korte uitleg diverse belastingen die niet uitgelegd worden (hfst 7 blz 143) Deze en volgende pagina's
Baatbelasting
U betaalt mee aan nieuwe of betere voorzieningen in de gemeente. Bijvoorbeeld voor de aanleg van een riool in het buitengebied van de gemeente of voorzieningen bij winkels.

Als u een woning of een bedrijf hebt in een gebied waar betere voorzieningen komen, dan krijgt u een aanslag baatbelasting.

Slide 18 - Slide

Rechtshandeling
Een handeling die iemand uitvoert met de bedoeling een bepaald rechtsgevolg tot stand te brengen.

Rechtshandelingen kunnen zowel eenzijdig als meerzijdig zijn. Voor een eenzijdige rechtshandeling behoeft slechts één persoon zijn op rechtsgevolg gerichte wil te openbaren. Een voorbeeld van een eenzijdige rechtshandeling is het aanvaarden of verwerpen van een erfenis. Voor een meerzijdige rechtshandeling dienen meer personen hun op hetzelfde rechtsgevolg gerichte wil te openbaren. De meest voorkomende vorm van een meerzijdige rechtshandeling is het sluiten van een overeenkomst.

Slide 19 - Slide

Precariobelasting
De precariobelasting wordt specifiek geheven voor het plaatsen van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond. Voorbeelden van belaste voorwerpen zijn kabels en leidingen, terrassen, bouwmaterialen, zonneschermen, luifels, lichtreclames en vlaggen.

Slide 20 - Slide

Reclamebelasting
De reclamebelasting kan worden geheven over openbare aankondigingen zichtbaar vanaf de openbare weg.
Wel zijn er enkele beperkingen die uit de aard van de belasting voortvloeien:

a. de belasting kan alleen worden geheven van degene die het meest belang heeft bij de aankondiging. Zo krijgt de eigenaar van een plaatselijke kledingwinkel de aanslag als hij adverteert met een wereldwijd bekend kledingmerk
b. de openbare aankondiging moet zichtbaar zijn vanaf de openbare weg. Er kan bijvoorbeeld geen belasting worden geheven voor advertenties die voorafgaand aan een film in de bioscoop worden getoond

Slide 21 - Slide

Zuiveringsheffing
Je betaalt zuiveringsheffing als je gebruiker bent van een bedrijfsruimte en afvalwater loost op het riool. Het tarief en de mate van vervuiling bepalen de hoogte van de aanslag. 

Slide 22 - Slide

Verontreiningingsheffing
Je betaalt verontreinigingsheffing als je gebruiker bent van een bedrijfsruimte en afvalwater loost op het oppervlaktewater. Het tarief en de mate van vervuiling bepalen de hoogte van de aanslag.

Slide 23 - Slide

Watersysteemheffing
De watersysteemheffing is een belasting voor eigenaren en gebruikers van een object (bijvoorbeeld een woning, winkel, bedrijf, kantoor of garage), ongebouwde grond of natuurterreinen. Met de opbrengst van de watersysteemheffing worden de aanleg en het onderhoud aan dijken, kades, sloten en plassen bekostigd en het op peil houden van de waterstand en de waterkwaliteit.

Slide 24 - Slide