Vingerprik en insuline spuiten

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 2

Bloedsuiker prikken en insuline spuiten 

Wat weten jullie al?

Diabetes?

Normaal waarden?

Hypo? 

Hyper?

Insuline? 

Bloedsuikerwaarde - nuchter geprikt (acht uur daarvoor niets gegeten of gedronken behalve water):

Onder de 6,1 mmol/l - geen diabetes

Tussen de 6,1 en 6,9 mmol/l - voorstadium van diabetes

Boven de 6,9 mmol/l - diabetes

Bloedsuikerwaarde - niet nuchter geprikt (zo'n anderhalf tot twee uur na een maaltijd, op het moment dat er het meeste bloedsuiker in het bloed zit):

Onder de 7,8 mmol/l - geen diabetes

Tussen de 7,8 en 11 mmol/l - geen oordeel mogelijk

Boven de 11 mmol/l - diabetes

Na deze les weet je: 

Hoe je een vingerprik uitvoert en aandachtspunten hierbij

Hoe je insuline spuit en wat aandachtspunten zijn 

Voorbereiding

Client wast en droogt de handen 

Jij past handhygiëne toe en trekt handschoenen aan

Materialen (lancet, teststrip, meter en 2 gaasjes) liggen klaar

Uitvoering

Teststrip in de meter 

Prik in de vinger (zijkant ring-, middelvinger of pink)

Vang de 1e druppel op met een gaasje 

Doe de 2e druppel op de teststrip 

Doe een gaasje op de prikplek 

Lees de waarde van het scherm af en noteer deze 

Afronding

Gooi de lancet in de naaldenbeker

Gooi de teststrip in de prullenbak

 

Trek de handschoenen uit 

Noteer bijzonderheden in het dossier

Volgens protocol 

Zoek het volgende protocol op;

Bloedglucosewaarde meten via vingerprik

Op welke plaats mag je de vingerprik uitvoeren?

1. Midden op de vinger
2. Aan de zijkant van de vinger
3. Op elk deel van de vinger
4. Bij de nagel

Wat moet de client doen voor je gaat prikken?

1. Plek op de vinger desinfecteren
2. Handen wassen en desinfecteren
3. Handen wassen en goed afdrogen
4. Niets

Welke bloeddruppel gebruik je als je iemand helpt met het bloedsuiker prikken?

1. De eerste
2. De tweede
3. Het maakt niet uit

00:24

Client hoort zijn handen te wassen voor het prikken

WAAR

NIET WAAR

00:58

De zijkant van de vinger is een goede prikplek

WAAR

NIET WAAR

01:28

De teststrip wordt standaard in de naaldencontainer weggegooid

WAAR

NIET WAAR

Complicaties?

Insuline injecteren

Soorten insuline 

(ultra)Kortwerkend

Middellang werkend 

Langwerkend

Mix

Handig om te weten!

I.E.: Internationale eenheid.

Hoe ziet een medicatieopdracht eruit?
bijvoorbeeld: Actrapid 6-6-6-0 

of Insulatard 0-0-0-10

Een bijspuitschema:  

Let op!

Let op de dubbelcheck met de collega of met de patiënt als degene daartoe in staat is!

Injectieplaatsen 

Buik <- heeft de voorkeur

Bovenbeen 

Bil

Voorbereiding 

Handhygiene 

Leg materialen klaar

Toedienlijst

Insulinepen met naald

Gaasje

Naaldenbeker 

Spuit klaarmaken

Naald op de pen 

Naald ontluchten

EH voor toediening instellen n.a.v. toedienlijst

Dubbele controle! 

Uitvoeren

Controleer injectieplaats (schoon, droog, geen beschadiging)

Steek naald loodrecht in de huid, fixeer pen 

Druk op de doseerknop tot deze 0 aangeeft

Tel 10 seconden af

Haal de naald loodrecht uit de huid

Vang evt bloeddruppel op met gaasje 

Afronding

Verwijder de naald en gooi de naald in de naaldenbeker

Ruim de materialen op 

Handhygiëne

Teken de toedienlijst af (met collega)

Complicaties

Naald niet goed in de huid

Te veel of te weinig eenheden gespoten 

Infiltraten

Prikincident

Waar mag je insuline toedienen?

Zelfverwerking

Wat heb je geleerd vandaag?