1. Ga het gesprek aan met je collega die zoiets meemaakt. (Niemand van mijn collega's deed dat)
2. Het enige wat ik hoorde was dat ik nooit meer "collega" mocht zeggen. Daarmee kon ik impliceren dat ik word voorgetrokken.
3. Ik maakte het zelf bespreekbaar met mijn coördinator. "Volgens mij voelen collega's zich ongemakkelijk bij hoe jij je hebt uitgesproken."