This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Welkom allemaal
Slide 1 - Slide
Wat weten we nog?
Slide 2 - Slide
Werken met de microscoop
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Welke onderdelen zitten er op een microscoop?
Slide 5 - Open question
Wat is de functie van een microscoop?
Door het gebruik van een microscoop kun je hele kleine objecten die met het blote oog niet goed te zien zijn, bestuderen. De microscoop vergroot een object veel meer dan een loep.
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Vergroting berekenen
Oculair X Objectief
Voorbeeld: Oculair = 10x, Objectief = 40x
Hoeveel is de vergroting?
Slide 9 - Slide
Maken van de opdrachten
Th. 1.3 Opdracht 9 tm 12 in het boek
Slide 10 - Slide
Een oculair dat 5x vergroot in combinatie met een objectief dat 15x vergroot geeft een totale vergroting van?
A
55
B
20
C
15
D
75
Slide 11 - Quiz
Wat is de functie van de vacuole?
A
Geeft stevigheid aan de plantencel
B
Maakt de voedingsstoffen voor de plant
C
Nieuw weefsel maken
D
Vervoeren van opgeloste stoffen
Slide 12 - Quiz
Wat is de plantencel?
timer
0:20
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 13 - Quiz
Wat is een celwand?
A
Dat is een stevig laagje om een dierlijke cel
B
Dat is een stevig laagje om een plantaardige cel
C
Dat is een stevig laagje om de menselijke cel
D
Dat is een stevig laagje om de plant./dierl. cel
Slide 14 - Quiz
Wat is de vacuole?
A
Q
B
R
C
S
D
T
Slide 15 - Quiz
Een dierlijke cel heeft:
A
wel een celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels
B
wel een celkern -GEEN celwand - GEEN bladgroenkorrels
C
GEEN celkern - wel een celwand - GEEN bladgroenkorrels
D
GEEN celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels