4/4: presentaties, leestekens, toets bespreken

Welkom!
Pak alvast: Nieuw Nederlands, leesboek en laptop
Laptops blijven dicht
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with text slides.

Items in this lesson

Welkom!
Pak alvast: Nieuw Nederlands, leesboek en laptop
Laptops blijven dicht

Slide 1 - Slide

Deze les
Presentaties
Leestekens
Toets bespreken

Slide 2 - Slide

Lesdoel
Aan het eind van de les
... kan je punten, komma's, dubbele punten en aanhalingstekens correct gebruiken.

Slide 3 - Slide

Leestekens
  • Kijk eens naar deze tekst:
  • Het is een mooie dag de zon schijnt vogels zingen in de lucht bloemen bloeien in het veld het leven voelt goed vol van mogelijkheden en vreugde.
  • Waarom zijn leestekens belangrijk volgens jou?



Slide 4 - Slide

Leestekens
  • Geven de lezer houvast
  • Verbeteren leesbaarheid
  • Waarom gaat dit soms fout denken jullie?

Slide 5 - Slide

Komma
  • Wanneer je twee zinnen samenvoegt tot een nieuwe zin 
  • Tussen twee persoonsvormen
  • Voor voegwoorden
  • Voor en na een deel van een zin dat niet zelfstandig kan staan: 'De tweedeklassers, die (allemaal) te laat waren gekomen, kregen straf.'
  • Tussen de delen van een opsomming (behalve voor 'en'!!)

Slide 6 - Slide

Verschil komma en punt
  • Komma: korte pauze > tip: lees de zin voor, dan hoor je het!
  • Punt: "langere pauze" > de zin is echt afgelopen.
  • Maria houdt erg van voetbal () ook vind ze het leuk om te tennissen en te zwemmen.'  
  • Maria houdt erg van voetbal () maar ze vindt hockey ook leuk.

Slide 7 - Slide

Dubbele punt
  • Aankondigende opsomming
  • In dit zwembad vind je van alles: bubbelbaden, glijbanen en een stroomversnelling.
  • Bij directe rede of citaat
  • Max zei vol zelfvertrouwen: ‘Vanmiddag zal ik Lewis weer verslaan.’
  • Tweede deel van de zin is verklaring of reden bij eerste deel
  • Ik ga naar Terschelling: je hebt daar prachtige stranden en mooie natuur. 

Slide 8 - Slide

Dubbele punt
  • In het 1e deel van de zin kan je 'de/ het volgende' of 'als volgt' toevoegen
  • Bijv.: 'Het advies luidt dan ook (als volgt): maak de kuur helemaal af. '
  • In het 2e deel van de zin kan je 'namelijk, immers of want' toevoegen
  • Bijv.: 'We hebben een mooie zomer gehad: er was (namelijk) veel zon en de temperaturen waren aangenaam.' 
  • Bijv.: 'Ik kom iets later: (want) ik sta nog in de file.

Slide 9 - Slide

Aanhalingstekens
  • Bij directe rede of citaat
  • ‘Als je me zoekt,’ zei afdelingsleider, ‘kun je me vinden in mijn kantoor.’
  • Let op: dus niet bij indirecte rede
  • Als je het woord zelf bedoelt
  • Schrijf je ‘smikkelen’ met één of met twee k’s?

Slide 10 - Slide

Welke komma is correct?
1. Zaterdag gaat Milena naar Haarlem, ze gaat daar logeren bij een vriendin.
2. Zaterdag gaat Milena naar Haarlem, waar ze gaat winkelen met haar moeder.

Slide 11 - Slide

Aan de slag
  • Lees evt. de theorie op blz. 250
  • Maak opdracht 1, 2, 3 (samen of alleen)
  • 15 minuten 
  • Klaar? Even lezen
  • Daarna bespreken we het

Slide 12 - Slide

Toets bespreken
  • Alles van tafel (ook geen pennen)
  • Toets terug = even punten tellen
  • Tussendoor geen vragen, dat mag na de bespreking
  • Toets mag mee naar huis! 

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Link

Vooruitblik
Verder met (werkwoord)spelling

Slide 15 - Slide