Inflatie

Check-in
1 / 20
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Check-in

Slide 1 - Slide

Inflatie
Bij §7.1 Tijd is geld

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
Je kent het begrip inflatie
Je kunt rekenen met indexcijfers
Je kunt het consumentenprijsindexcijfer berekenen

Slide 3 - Slide

Wat betekent inflatie?

Slide 4 - Open question

Slide 5 - Video

KIJKVRAAG
Hoe hoog is de inflatie momenteel?

Slide 6 - Open question

KIJKVRAAG
Wat is momenteel het hardst in prijs gestegen?
A
Graan en zonnebloemolie
B
Benzine en zonnebloemolie
C
Olie en gas
D
Olie en graan

Slide 7 - Quiz

KIJKVRAAG
Wat is koopkracht?
A
Hoeveel geld je hebt.
B
De hoeveelheid producten die je kunt kopen.
C
Hoeveel spaargeld je hebt
D
Hoeveel euro's je kunt uitgeven.

Slide 8 - Quiz

Inflatie = gemiddelde prijsstijging van producten in een land.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Indexcijfers 
Met indexcijfers kun je gegevens met elkaar vergelijken, waarbij je het basisjaar als uitgangspunt neemt.
Het basisjaar heeft altijd het indexcijfer 100. 

Indexcijfers lijken op percentages. Het is ook een verhoudingsgetal.

Slide 11 - Slide

REKENEN MET INDEXCIJFERS

Slide 12 - Slide


Wat is het basisjaar?
A
2014
B
2015
C
2016
D
2017

Slide 13 - Quiz

Juist of onjuist?
Het indexcijfer is altijd 100 of hoger.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quiz


Wat is het indexcijfer van 2013?
A
94
B
95
C
96
D
97

Slide 15 - Quiz


Wat is het indexcijfer van 2015?
A
90
B
91
C
92
D
93

Slide 16 - Quiz


Wat is het indexcijfer van 2016?
A
101
B
102
C
103
D
104

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video

Wat is het consumentenprijs-indexcijfer?
A
100
B
103,75
C
106,5
D
109,25

Slide 20 - Quiz