9.3 Formules met letters - 2022

Wat gaan we doen vandaag?
Wat heb je al geleerd?
vragen over 9.2?
Huiswerk gemaakt?
theorie 9.3
Aan het werk


Telefoon bij je houden!

Voorkennis hoofdstuk 9
9.1 Regelmaat
9.2 Grafieken
9.3 Formules met letters
9.4 Formules veranderen
9.5 Formules maken bij een grafiek
9.6 Formules maken bij een tabel
1 / 26
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Wat gaan we doen vandaag?
Wat heb je al geleerd?
vragen over 9.2?
Huiswerk gemaakt?
theorie 9.3
Aan het werk


Telefoon bij je houden!

Voorkennis hoofdstuk 9
9.1 Regelmaat
9.2 Grafieken
9.3 Formules met letters
9.4 Formules veranderen
9.5 Formules maken bij een grafiek
9.6 Formules maken bij een tabel

Slide 1 - Slide

Wat heb je al geleerd?
Je kan het vaste bedrag in een tabel plaatsen.
Je kan een grafiek tekenen bij een tabel met regelmaat m.b.v. een stappenplan.
Je kan een tabel en een grafiek tekenen bij een formule.

Zijn hier vragen over?

Slide 2 - Slide

Hoe lang is de kaars
na 3 uur?
A
Dat kan je niet weten!
B
9 cm
C
6 cm
D
0 cm

Slide 3 - Quiz

Wanneer is de kaars
opgebrand?
A
Dat kan je niet weten!
B
na 3 uur
C
na 4 uur
D
na 5 uur

Slide 4 - Quiz

Hier is sprake van:
A
regelmatige afname
B
regelmatige toename
C
geen regelmaat

Slide 5 - Quiz

Wat is het begingetal?
A
Dat kan je niet weten!
B
145 liter
C
130 liter
D
115 liter

Slide 6 - Quiz

Wat is dit voor een grafiek?
A
stijgend
B
dalend
C
constant

Slide 7 - Quiz


A
regelmatige afname
B
regelmatige toename
C
geen regelmaat
D
Dat kan je niet weten!

Slide 8 - Quiz

De grafiek die hoort bij een tabel met regelmaat is een .........
A
Stijgende lijn
B
Dalende lijn
C
Vloeiende lijn
D
Rechte lijn

Slide 9 - Quiz

Wat ga je leren?

Je kan de variabelen in een formule benoemen.
Je kan de variabelen vervangen door een letter.
Je kan een variabele invullen in een letterformule.
Je kan de tabel invullen bij een letterformule.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

variabelen vervangen door letters
huurprijs in euro = 15 + 5 x tijd in dagen

tijd in dagen vervangen we door  t
5t is dus hetzelfde als 5 x tijd in dagen

huurprijs in euro = 15 + 5t
t: tijd in dagen

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Maak van deze woordformule een letterformule.
winst in euro = 5 + 3 x aantal dagen
A
w = 5 + 3 x a a: aantal dagen
B
w = 5 + 3 x aantal
C
winst in euro = 5 + 3t t: aantal dagen
D
w = 5 + 3t t: aantal dagen w: winst in euro

Slide 19 - Quiz

Wat is het
begingetal?
A
60
B
40
C
20
D
Dat kan je niet weten!

Slide 20 - Quiz


afstand is 10 + 6t

Wat is het begingetal?
A
16
B
6
C
10
D
kan je niet weten

Slide 21 - Quiz


afstand in km = 10 + 6t

Wat is de afstand als t=0
A
10
B
16
C
6
D
0

Slide 22 - Quiz


afstand is 10 + 6t

Wat is de afstand als t=2
A
10
B
12
C
22
D
kan je niet weten

Slide 23 - Quiz


afstand is 10 + 6t

Wat is de afstand als t=5
A
10
B
16
C
30
D
40

Slide 24 - Quiz

Huiswerk

     Maak van 9.3 : opgave  20 t/m 23

KIJK NA EN VERBETER!





timer
1:00

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video