Kosten en opbrengsten

Kosten en opbrengsten
donderdag 19 december 2024
1 / 15
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Kosten en opbrengsten
donderdag 19 december 2024

Slide 1 - Slide

Programma van deze les
-Uitleg
-Aan het werk met de Praktische Opdracht

Slide 2 - Slide

Welke kosten heeft een bedrijf?

Slide 3 - Slide

Variabele kosten
Dit zijn kosten die afhankelijk zijn van productie/afzet. 
-Verpakkingskosten
-Verzendkosten

Slide 4 - Slide

Constante kosten
Deze kosten zijn er altijd. Als het bedrijf nou veel produceert of juist niet.
-Huur bedrijfspand

Slide 5 - Slide

Inkoopwaarde van de omzet
Dit is het bedrag waarvoor producten zijn ingekocht. 

Slide 6 - Slide

Huisvestingskosten
Dit zijn kosten voor de huur of hypotheek van het bedrijfspand. Daarnaast zijn de kosten voor energie en water ook huisvestingskosten.

Slide 7 - Slide

Verkoopkosten
Dit zijn kosten die direct samenhangen met de verkoop van goederen of diensten. Denk aan reclamekosten, maar ook verzendkosten. 

Slide 8 - Slide

Rentekosten
Veel bedrijven moeten geld lenen bij de bank om bijvoorbeeld investeringen te doen. Over dit geleende bedrag moeten ze rente betalen. Dit noemen wij rentekosten.

Slide 9 - Slide

Voorbeeld rente kosten
Je leent 15.000 euro
Bij deze lening hoort een rente van 4%
15.000 : 100 x 4 = 600 euro
In totaal betaal je 15.600 euro terug.

Slide 10 - Slide

Afschrijvingskosten
Machines worden door beloop van tijd minder waard. Dit noemen wij in economische termen ''afschrijven''. 
Het geld dat een machine of auto nog oplevert noemen wij de restwaarde.

Slide 11 - Slide

Omzet
Omzet = afzet x verkoopprijs
P = 15 euro
Afzet = 1200 stuks verkocht
Omzet: 15 x 1200 = 18.000 euro

Slide 12 - Slide

Winst
Winst = Omzet - kosten
Het geld dat je overhoud aan het einde van de maand/dag/week.
De kosten haal je van de opbrengst af.

Slide 13 - Slide

Verlies
Als de kosten groter zijn dan de opbrengsten heb je verlies. Het is dus niet altijd zo dat je winst maakt.

Slide 14 - Slide

Aan het werk
Ga lekker aan het werk met de opdracht!

Slide 15 - Slide