1.2 Verstedelijking deel 1

1.2 Verstedelijking
1 / 16
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo b, k, t, havoLeerjaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

1.2 Verstedelijking

Slide 1 - Slide

Wat gaan wij vandaag doen?
  • Terugblik op de vorige les
  • Leerdoelen voor vandaag
  • §1.2 Verstedelijking in Nederland

  • Aan de slag!

Slide 2 - Slide

Wat is het verschil tussen een dorp en een stad?

Slide 3 - Open question

Leerdoelen voor vandaag
  • Je weet wat de kenmerken van een stad zijn
  • Je weet hoe steden in Nederland zijn ontstaan

Slide 4 - Slide

Aantekeningen maken

Pak je device of je aantekeningen schrift erbij!

Slide 5 - Slide


Bij stedelijke functies moet je denken aan:

  • groot aanbod aan huizen.

  • veel verschillende soorten werk.

  • vervoer naar andere delen van Nederland of het buitenland.

  • veel voorzieningen (scholen, theaters, winkels etc.)

Slide 6 - Slide

Het begin van een moderne stad
  • Steden zijn ontstaan vanuit dorpen (middeleeuwen)
  • Echte moderne steden ontstonden pas in 1850 dankzij de Industriële Revolutie

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Het begin van een moderne stad
Vanaf 1850 zijn de eerste moderne steden ontstaan.
  •  Uitvinding van machines
  • Werk in fabrieken (ook door kinderen)
  • Mensen verhuisden van platteland naar de stad

      = Verstedelijking

Slide 9 - Slide

Urbanisatie
Urbanisatie = mensen verhuizen van het platteland naar de stad, waardoor de stad groeit.
Vooral na de Tweede Wereldoorlog groeiden de steden razendsnel.
Er kwamen veel nieuwe wijken voor jonge gezinnen.
Hoge bevolkingsdichtheid.

Slide 10 - Slide

Kort na de Tweede Wereldoorlog werden er veel nieuwe woningen gebouwd. Wat kan je zeggen over deze huizen? Twee antwoorden zijn goed
A
De huizen waren luxe
B
De huizen werden snel gebouwd
C
Er werden vooral flats en rijtjeshuizen gebouwd
D
Kwaliteit was heel belangrijk

Slide 11 - Quiz

Suburbanisatie
Suburbanisatie = mensen trekken weg uit de stad om ergens anders te wonen (platteland).

  • Vanaf 1960 vertrekken mensen uit de stad:
    - Steeds meer mensen hebben een auto.
    - Er werden meer wegen aangelegd.

Slide 12 - Slide

Redenen waarom mensen naar het platteland verhuizen:
  • Meer groen
  • Meer rust
  • Meer ruimte

Mensen die buiten de stad wonen, maar in de stad werken zijn forensen.

Slide 13 - Slide

De stad
1.  Minstens 50.000 inwoners
2. Mensen wonen dicht bij elkaar
3. Alles wat mensen nodig hebben om te leven:
    - veel soorten huizen
    - veel soorten werk
    - vervoer naar andere plaatsen in Nederland of het buitenland
    - veel voorzieningen

Slide 14 - Slide

Reistijd tot het ziekenhuis dat het meest dichtbij is

Slide 15 - Slide

Wat hebben wij vandaag geleerd?

Slide 16 - Slide