Quiz ademhalingstelsel

Ademhalingstelsel, de quiz
1 / 26
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Ademhalingstelsel, de quiz

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Waarom is het beter om via de neus te ademen ?

Slide 2 - Open question

This item has no instructions


Tekst
Wat word er plek 1 aangegeven 
A
Neushote
B
Reukepitheel
C
Neusschelpen
D
Neustussenschot

Slide 3 - Quiz

Waartoe dienen de neusschelpen?
De neusschelpen verwarmen, bevochtigen en reinigen de ingeademde lucht.

Wat is sinusitis?

Ontsteking van de ..
A
Keelholte
B
Neusholte
C
Bijholte
D
Ogen

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Welke bijholten ken je?

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Hoe komt het dat bij het huilen de neus vochtig wordt?

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

10 tot 15 keer per minuut
15 tot 18 keer per minuut
19 tot 25 keer per minuut
Een normale ademhaling
Een te hoge ademhaling
Een te langzame ademhaling

Slide 7 - Drag question

This item has no instructions

Welke (lucht)wegen passeert de adem(lucht) na de neus?

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Wat doet het strotklepje?
A
Sluit de neusholte af
B
Sluit de mondholte af
C
Sluit de luchtpijp af
D
Sluit de bronchiën af

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de functie van kraakbeen in de luchtpijp?
A
Zorgt dat de luchtpijp flexibel is
B
Het houd de luchtpijp open en in vorm/stevig.
C
Zorgt er voor dat de zuurstof goed naar de longen stroomt
D
Neemt de zuurstof op

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de functie van het trilhaarepitheel in de luchtpijp en de bronchiën?
A
Het trilt vuildeeltjes en ziekteverwekkers omhoog
B
De trilhaartjes verwarmen de lucht.
C
De trilhaartjes trillen het slijm omhoog met daarin vuildeeltjes en ziekteverwekkers.
D
Het houdt de luchtpijp open.

Slide 11 - Quiz

Trilhaar- epitheel, epitheelcel met kleine haar, maken een zwiepende beweging richting neusgaten, zodat de verontreiniging met lucht weer naar buiten komt. 
De stembanden bevinden zich in..
A
De keelholte
B
Het strottenhoofd
C
De luchtpijp
D
De mondholte

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Vrouwen hebben kortere stembanden...
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

Hoe komt het dat vrouwen doorgaans een hogere stem hebben dan mannen?
De stembanden van vrouwen zijn korter, snellere trilling/hoog geluid.

Hoe vertakt de luchtpijp zich?

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Is dit een longblaasje?

A
Ja!
B
Nee!

Slide 15 - Quiz

Wat is een longblaasje?
Afbeeldingsresultaat voor longblaasje
De longblaasjes zorgen voor de uitwisseling van zuurstof en afvalstoffen. Dat doen ze via een netwerk van hele kleine bloedvaatjes, die om de longblaasjes heen liggen. Via deze bloedvaatjes komt de ingeademde zuurstof in het bloed terecht. Het bloed vervoert het zuurstof daarna door het hele lichaam.
Waarom bestaat het eigenlijke longweefsel uit trosjes
longblaasjes en niet uit eenvoudige ballonnetjes?

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

Uitwisseling van zuurstof en koostofdioxide vindt plaats in de
A
Bronchiën
B
Longblaasjes
C
Longhaarvaten
D
Luchtpijptakjes

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

De longblaasjes zorgen voor de uitwisseling van zuurstof aan het bloed.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Uit hoeveel kwabben bestaan de longen ?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 19 - Quiz

Rechterlong – 3 kwabben , Linkerlong 2 kwabben.

Waar liggen de pleurabladen?

Slide 20 - Open question

This item has no instructions

Wat zijn de 2 manieren van ademen?
A
Buik en borst ademhaling
B
Neus en mond ademhaling
C
Neus en borst ademhaling
D
Huid en mond ademhaling

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Beschrijf het verschil tussen borst- en buik- ademhaling?

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

Waar ligt je ademhalingscentrum?
A
in je ruggenmerg
B
in je longen
C
in je hersenstam
D
die is er niet

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Wanneer geeft het ademhalingscentrum een prikkel aan de ademhalingspieren om zich samen te trekken?
A
Bij te weinig zuurstof in het bloed
B
Bij teveel koolstofdioxide in het bloed
C
Bij hyperventilatie
D
Weet ik niet

Slide 24 - Quiz

De ademhaling wordt geregeld door het ademhalingscentrum. Dit is een netwerk van zenuwcellen in het onderste deel van de hersenen, de zogeheten hersenstam. Het ademhalingscentrum regelt zowel de start van de in- en uitademingsfasen als de overgang van inademing naar uitademing.
Evalueren
Hoe vonden jullie deze les? 

Zijn er nog vragen?

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
AFP:

e-Xpert mbo: Anatomie en fysiologie Module- 06. Het circulatiestelsel 
09-12-2022 af/inleveren its learning

Slide 26 - Slide

This item has no instructions