herhaling hww zww kww wg en ng

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Lesdoel

Aan het einde van de les heb je herhaald;

- zelfstandig werkwoord

- hulpwerkwoord

- koppelwerkwoord

-wg en ng

ZWW

Wanneer een werkwoord de handeling / actie aangeeft, 

spreek je van een zelfstandig werkwoord. (zww)

Er staat altijd maar één zelfstandig werkwoord in een zin.

bij een zww heb je te maken met een WG-> alle ww in de zin

noem een www

Koppelwerkwoord (kww)

- geeft geen handeling aan.

- koppelt het onderwerp aan een kenmerk of eigenschap verderop in de zin. 

- kan er maar 1 van in de zin staan.

het onderwerp doet niets, maar is iets.

bij een kww heb je te maken met een NG-> kww (+hww) en naamwoordelijk deel

wat zijn de kww?

Koppelwerkwoord

zijn, worden, blijven, blijken, lijken, schijnen (heten, dunken en voorkomen)

Een zww zit nooit samen in een enkelvoudige zin met een kww.

Julian werd krantenbezorger.
Wat is het ww?
WG of NG? Noteer: ww=, WG/NG=

Voor de buurtbezorger is hij de held van de buurt
wat is het ww?
WG of NG
Noteer: ww=, WG/NG=

Welke vragen heb je nog? Heb je extra instructie nodig?