Introductie H11
1 / 31
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Video
In welk onderdeel van het voortplantingsorgaan van de man worden zaadcellen gemaakt?
Slide 9 - Open question
Zaadcellen worden opgeslagen in de zaadballen.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 10 - Quiz
zaadballen
bijballen
zaadblaasjes
zaadleiders
balzak
Hierin liggen de teelballen en de bijballen
Vervoeren zaadcellen
Slaan zaadcellen tijdelijk op
Hier worden zaadcellen geproduceerd
Voegen vocht met voedingsstoffen toe aan de zaadcellen
Slide 11 - Drag question
penis
bijbal
zaadbal
balzak
eikel
Slide 12 - Drag question
Waardoor ontstaat er een erectie?
A
Doordat er bloed in het zwellichaam van de penis wordt gepompt
B
Doordat er sperma in het zwellichaam van de penis wordt gepompt
C
Doordat er zaadcellen in het zwellichaam van de penis wordt gepompt
D
Doordat er zaadvocht in het zwellichaam van de penis wordt gepompt
Slide 13 - Quiz
Waarmee vullen de zwellichamen zich wanneer de penis stijf wordt?
A
Met water
B
Met vocht
C
Met bloed
D
Met zaadcellen
Slide 14 - Quiz
Bij een zaadlozing komt het sperma uit de urinebuis.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 15 - Quiz
In het voorvocht voor een zaadlozing zitten zaadcellen.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 16 - Quiz
Een zaadlozing kan het gevolg zijn van een prikkeling van de .............
A
Voorhuid.
B
Zwellichamen.
C
Eikel.
D
Penis.
Slide 17 - Quiz
Zet de route die een zaadcel aflegt tot aan een zaadlozing in de juiste volgorde.
zaadballen
bijballen
Zaadblaasjes
prostaat
Urinebuis
zaadleiders
Slide 18 - Drag question
Eicellen zijn de vrouwelijke geslachtscellen.
Eicellen zijn...
Eicellen zijn...
A
vanaf de geboorte aanwezig
B
vanaf de puberteit aanwezig
Slide 19 - Quiz
Eicellen ontwikkelen zich in ...?
A
de eileider
B
de eierstok
C
de vagina
D
het baarmoederslijmvlies
Slide 20 - Quiz
eierstok
baarmoeder
eileider
vagina
Slide 21 - Drag question
Eicellen kunnen zich bewegen met een zweepstaart?
A
Juist
B
Onjuist
Slide 22 - Quiz
In de afbeelding hiernaast staan de organen van het vrouwelijke voortplantingsstelsel. Er staan vijf organen aangegeven met een cijfer. Sleep de groene namen achter het juiste cijfer.
vagina
eileider
baarmoeder
urineblaas
eierstok
Slide 23 - Drag question
Menstruatie is hetzelfde als...
A
Masturbatie
B
Ovulatie
C
Ongesteldheid
D
Eisprong
Slide 24 - Quiz
Tijdens de menstruatie bij de vrouw wordt …
A
… de onbevruchte eicel uit eileider verwijderd
B
… telkens één eicel uit één van de eierstokken verwijderd
C
… de bevruchte eicel uit de baarmoeder verwijderd
D
… een deel van het baarmoederslijmvlies uit de baarmoeder verwijderd
Slide 25 - Quiz
eisprong
menstruatie
rijpen eicel
Slide 26 - Drag question
Op dag 1 van de menstruatiecyclus begint de menstruatie
A
Juist
B
Onjuist
Slide 27 - Quiz
Wat is hetzelfde als ovulatie?
A
eisprong
B
gele lichaam
C
overgang
D
follikel
Slide 28 - Quiz
Bij de ovulatie
A
laat het baarmoederslijmvlies los
B
laat de baarmoeder los
C
komt een eicel vrij uit de eierstok
D
komt een zaadcel bij de eierstok
Slide 29 - Quiz
Wanneer vindt de ovulatie ongeveer plaats?
A
Na 12 dagen
B
Na 14 dagen
C
Na 16 dagen
D
Na 18 dagen
Slide 30 - Quiz
Rijpen nieuwe eicel
Eisprong
Eicel sterft
Rijpen nieuwe eicel
Menstruatie
Baarmoederslijmvlies wordt dikker
Menstruatie
