APV

Beeldcoaching
1 / 11
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijBeroepsopleiding

This lesson contains 11 slides, with text slides.

Items in this lesson

Beeldcoaching

Slide 1 - Slide

Beeldcoaching
Bij beeldcoaching maakt een beeldcoach video-opnames van (een gedeelte van) een les, aan de hand van de leervraag van een docent. De beeldcoach analyseert de beelden en bespreekt deze met de docent

Slide 2 - Slide

Jezelf aan het werk zien
 Het gaat absoluut niet om het vellen van een oordeel.  Het gaat om het verder bouwen op vaardigheden die de leerkracht al heeft.

Slide 3 - Slide

Leervraag
Na de bespreking schrijft de collega zelf een korte reflectie als vertrekpunt voor de volgende opname. Meestal film ik de docent drie keer in het kader van één en dezelfde leervraag.

Slide 4 - Slide

Vandaag 
Bespreken pagina 44. Franse Revolutie.
Begrijpen hoe de Franse Revolutie is ontstaan.
Aan het werk: maken blz 55
Vragen bespreken.

Slide 5 - Slide

Lesopzet - Hoe gaan we leren.
Wat gaan we vandaag doen/ programmaboekje

Lesdoelen - Wat gaan we leren.
Het maakt duidelijk wat de opbrengst van de les moet zijn

Slide 6 - Slide

- Een leerdoel is datgene wat je aan het eind van een lessenserie, periode of leerjaar bereikt wilt hebben.

- Een lesdoel maakt duidelijk wat de opbrengst van de les moet zijn.

Aansluiten bij formele doelen: Kerndoelen en Eindtermen 

Slide 7 - Slide

Tips.
  1. Het is belangrijk dat je doel begint met  "Ik....."
  2. Woorden als weten of begrijpen beter vermijden. 
  3. Waarneembaar gedrag. B.v  3 voorbeelden geven, op volgorde zetten, berekenen of oplossen.
b.v.
Ik kan drie oorzaken van de Franse Revolutie uit mijn hoofd opnoemen

Slide 8 - Slide

 Hoe formuleer je op de juiste wijze een leerdoel?


Geef bij het formuleren altijd antwoord op de twee volgende basisvragen:
1. Wat? - Over welke inhoud gaat het leerdoel? (Beschrijf de inhoud.)
2. Hoe? - Welk werkwoord gebruik je in je leerdoel? (Kies het juiste werkwoord.)
Bekijk nu of de volgende opties het leerdoel duidelijker/completer kunnen maken:
3. Succescriteria (Beschrijf m.b.v. inhoud, werkwoord en context.)
4. Condities (Beschrijf de voorwaarden.)

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide