Oefentoets H2

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Oefentoets

H2 Klimaat en Landschap

Domein Aarde

H4

1. Geef een beschrijving van het corioliseffect

2. Welke landschapszone wordt gekenmerkt door grote verschillen in temperatuur tussen zomer en winter, waarbij de winters koud zijn.

3. Leg uit waardoor het lastig is om het toekomstige klimaat van Nederland te voorspellen.

4. Santorini (Thira) is een eiland met een grote baai die door vulkanisme is ontstaan. Die baai is een enorme, onder water gelopen krater.

Onder welke naam staat zo'n enorme krater bekend? Geef kort aan hoe deze is ontstaan.

5. De economie van de Griekse eilanden is voor een belangrijk deel gebaseerd op toerisme. De toeristen gebruiken veel drinkwater.

Leg uit in welk jaargetijde er op de Griekse Eilanden het grootste tekort aan water overheerst.

6. Beredeneer waardoor de waterproblematiek op de Griekse eilanden groter is dan op het vasteland.

7. Bekijk de figuur en gebruik de atlas.
Het klimaat in India wordt gedomineerd door de moesson. Ook in andere gebieden op het Noordelijk halfrond waaien moessonwinden.

In welk opzicht verschilt de Zuid-Aziatische moesson van de andere moessons op het Noordelijke halfrond?

8. Beredeneer waardoor het plateau van Tibet heel erg droog is.

9. Gebruik een kaart over zoutbodems in de atlas. Op de kaart staan gebieden aangegeven 'waar zoutbodems ontstaan wanneer geïrrigeerd wordt zonder drainage'. Dit is verzilting.

Waarom speelt deze problematiek in de Verenigde Staten in het op de kaart aangegeven gebied?

10. Leg uit hoe een goede drainage verzilting kan voorkomen.

11. Gebruik de atlas. In veel landen wordt hout gebruikt als brandstof.

Geef aan:
- hoeveel procent van de houtproductie in Kenia als brandhout wordt gebruikt;
- welke kaart je hierbij hebt gebruikt;
- waarom dit percentage zo hoog is.

12. Bekijk de foto.

Leg uit hoe de productie van houtskool kan leiden tot verwoestijning.

13. Beredeneer hoe de productie en het gebruik van houtskool kunnen bijdragen aan het versterkte broeikaseffect.

14. Koppel de klimaatgrafiek aan de juiste landschapszone. 

Boreaal

Tropisch

Subtropisch

Polair

Aride

15. Gebruik de atlas.

De Italiaanse stad Napels ligt onder de rook van de Vesuvius. Geef met behulp van de atlas aan welke plaatbeweging heeft geleid tot het ontstaan van de Vesuvius.

16. Gebruik de atlas. Ethiopië ligt in de tropen. Een belangrijk deel van het land kent desondanks een subtropisch klimaat.

Beredeneer dat in een land met een lage geografische breedte toch een subtropisch klimaat kan heersen.
Je uitleg bevat een situatiebeschrijving en een algemene regel.

17. De Australische staat Northern Territory wordt doorkruist door een spoorlijn van Darwin naar Alice Springs. In die trein, die tussen Adelaide en Darwin The Ghan wordt genoemd, zit een panoramawagon, van waaruit je de landschappelijke verandering prachtig kan waarnemen.

Gebruik de atlas. Noteer welke landschapszones je achtereenvolgens tegenkomt op een treinreis van Darwin naar Alice Springs.

18. In de figuur staan klimaatgrafieken van drie plaatsen in de Australische staat Northern Territory: Darwin, Tennant Creek en Alice Springs.

Geef voor elke klimaatgrafiek aan welke plaats erbij hoort.

19. In de figuur staan klimaatgrafieken van drie plaatsen in de Australische staat Northern Territory.

Geef voor elke grafiek aan welk klimaat erbij hoort:
BW, BS of Aw

20. Welke invloed heeft een koude zeestroom op de neerslag in aangrenzende kustgebieden?

21. Noem de negen geofactoren.

22. Noem twee kenmerken van biologische landbouw.

23. Gebruik de atlas.

Geef twee fysich-geografische verklaringen voor de hoge bevolkingsdichtheid van Japan.

24. Gebruik de atlas. De Amerikaanse staat Hawaii bestaat uit verschillende eilanden, zoals bijvoorbeeld Kauai en Hawaii-eiland.

Beredeneer welke van deze twee eilanden het meest explosieve vulkanisme kent of heeft gekend.

25. Het Middellandse zeegebied kampt vaak met watertekorten.

Bedenk een manier om structureel de beschikbare hoeveelheid water in het Middellandse Zeegebied te verhogen.