Gentiaan 2TL 14-12

1 / 12
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Programm
Rückblick
    Lernziele

      Tagesordnung Aufgabe
      Vorbereiten



        Slide 3 - Slide

        Rückblick
        Was haben wir letztes Mal gemacht oder gelernt?


        Slide 4 - Slide

        Lernziele
        Ik kan vertellen wat ik wanneer doe in een week

        Slide 5 - Slide

        Tagesordnung
        Wat ga je doen?
        • Je  gaat een korte presentatie voorbereiden voor 21 december
        • Je moet in deze presentatie vertellen wat jij zoal op een dag doet.
        • We bekijken samen de opdracht en wat je kunt gebruiken bij het maken.
        • De opdracht staat op SOM, maar ik zal ook zorgen dat jullie docenten de opdracht hebben
        • Je krijgt een beoordeling voor de opdracht

        Slide 6 - Slide

        Tagesordnung
        Bij Schritt 14 horen geen maakopdrachten. In plaats daarvan ga je een presentatie maken voor een cijfer (telt 1x mee in SOM). Jouw presentatie gaat over je eigen dagindeling. Hiervoor mag je alle informatie gebruiken die je in Schritt 14 kun vinden. 

        Denk hierbij aan:

        - Het gesprek uit opdracht 1.
        - De Redemittel uit opdracht 2
        - De kloktijden uit opdracht 3
        - De opdrachten van Stempeln, bitte!
        - Alle andere informatie die je uit Schritt 14 kunt gebruiken.



        Slide 7 - Slide

        Tagesordnung
        Wat ga je doen?
        Je gaat in deze opdracht jouw dagelijkse ritme beschrijven in het Duits (denk aan opstaan, ontbijten, naar school, naar huis, huiswerk, avondeten enz.). Daarnaast vertel je wanneer je een hobby/sport beoefend. Je maakt hele zinnen en noemt in iedere zin ook een kloktijd.

        Voorbeeld: ’s Morgens sta ik om 7 uur op  Morgens stehe ich um sieben Uhr auf.

        Je presentatie moet minimaal de volgende zinnen bevatten:
        - 6 zinnen van iets wat je op een doordeweekse dag doet (met kloktijd).
        - 2 zinnen van iets wat je wekelijks doet (dus iedere week 1 of twee keer). Noem hierbij de dag en een kloktijd.
        - 2 zinnen met iets wat je in het weekend doet (wat je doordeweeks niet doet/kunt doen).

        l


        Slide 8 - Slide

        Tagesordnung
        Morgens stehe ich um Viertel nach fünf  auf
        Ich dusche um halb sechs
        Ich frühstücke um Viertel vor sechs
        Um sechs Uhr fange ich mit der Arbeit an
        Ich fahre um Viertel nach sieben in die Schule
        Um Viertel nach drei fahre ich wieder nach Hause
        Das Abendessen ist um Viertel vor sieben
        Am Freitag habe ich  um halb neun Crossfittraining
        Am Mittwoch spiele ich um acht Uhr mit meiner Gruppe

        Am Samstag trainiere ich um zwei Uhr mit meinem Hund
        Am Sonntag schlafe ich aus bis halb sieben



        Slide 9 - Slide

        Tagesordnung

        Slide 10 - Slide

        Tagesordnung
        Morgens stehe ich um Viertel nach fünf  auf
        Ich dusche um halb sechs
        Ich frühstücke um Viertel vor sechs
        Um sechs Uhr fange ich mit der Arbeit an
        Ich fahre um Viertel nach sieben in die Schule
        Um Viertel nach drei fahre ich wieder nach Hause
        Das Abendessen ist um Viertel vor sieben
        Am Freitag habe ich  um halb neun Crossfittraining
        Am Mittwoch spiele ich um acht Uhr mit meiner Gruppe

        Am Samstag trainiere ich um zwei Uhr mit meinem Hund
        Am Sonntag schlafe ich aus bis halb sieben



        Gebruik Schritt 14 om te spieken

        Slide 11 - Slide

        Slide 12 - Slide