Oefentoets Planten en dieren

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Oefentoets Planten en dieren

Basisstof 1 t/m 6, Extra 7 & 8

In de biologie bestuderen we levende wezens

1. Juist
2. Onjuist

In de zaadlobben van een zaad zit voedsel voor de kiem

1. Juist
2. Onjuist

Groei en ontwikkeling zijn hetzelfde

1. Juist
2. Onjuist

Metamorfose is een voorbeeld van ontwikkeling

1. Juist
2. Onjuist

Het kikkervisje krijgt eerst voorpoten en dan pas achterpoten

1. Juist
2. Onjuist

Fotosynthese vindt plaats in het donker

1. Juist
2. Onjuist

Welke aanpassing zie je bij waterplanten?

1. Veel wortels
2. Kleine, dikke bladeren
3. Slappe stengels

Via welk onderdeel van een zaad kan water naar binnen

1. Poortje
2. Navel
3. Zaadlob
4. Zaadhuid

Kleuters leren spelletjes doen via het internet. Welke ontwikkeling is dit?

1. Geestelijke
2. Motorische
3. Lichamelijke
4. Geestelijke en motorische

In welk stadium bevindt een koolwitje zich in een cocon?

1. Ei
2. Imago
3. Pop
4. Rups

Een bepaalde vogel eet vooral insecten. Welk type snavel verwacht je bij deze vogel?

1. Kegelsnavel
2. Pincetsnavel
3. Haaksnavel
4. Zeefsnavel

Welk gas uit de lucht is nodig om voedsel in een blad te maken?

1. Koolstofdioxide
2. Stikstofgas
3. Zuurstof
4. Zwavelgas

Wat is niet levenloos?

1. Steen
2. Hout
3. Spijker
4. Speelgoedrobot

In welk deel van de plant kan fotosynthese plaatsvinden?

1. Bruine stengel
2. Groene stengel
3. Gele bloemen
4. Wortels

Fossiele brandstoffen

1. ontstaan door vulkanische activiteit
2. ontstaan uit grondstoffen
3. ontstaan uit resten van organismen
4. zijn kunststoffen (door mensen gemaakt)

Hondenpups worden kaal geboren en met hun oogjes nog dicht. Honden ...

1. zijn nestblijvers
2. zijn nestvlieders
3. zijn nestbevuilers
4. hebben geen nest

Van een meetreeks kun je een gemiddelde kun je uitrekenen door...

1. de som van alle metingen te vermenigvuldigen met het aantal metingen
2. het aantal metingen te vermenigvuldigen met de hoogste meetwaarde
3. alle metingen op te tellen en te delen door 10
4. de som van alle metingen te delen door het aantal metingen