Oefentoets

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Oefentoets Biologie

Thema 1: Basisstof 1 t/m 7

Is een auto een voorbeeld van een organisme

1. Ja, want het kan bewegen
2. Ja, want het gebruikt brandstof
3. Nee, want het is geen mens, plant of dier

Biologie gaat over?

1. Alle levende wezens
2. De levenskenmerken
3. Sommige levende wezens
4. Planten

Als een organisme geen levenskenmerken meer heeft, is het

1. Levenloos
2. Levend
3. Dood
4. Levende wezen

Horen, zien, ruiken en voelen horen bij het levensverschijnsel.....

1. Waarnemen
2. Oren, ogen en neus
3. Alle 7 levensverschijnselen
4. Bewegen

Wat is de functie van het poortje in een zaad?

1. Het heeft geen functie
2. Het beschermt het zaad
3. Hiermee heeft het zaadje vastgezeten aan de plant
4. Door het poortje kan een zaad snel water opnemen

Sven is 8 jaar, heeft bij Sven al een groeispurt plaatsgevonden?

1. Nee, die krijg je alleen rond de puberteit
2. Ja, toen hij 0-1 jaar was
3. Nee, een groeispurt komt alleen voor bij jongens
4. Ja, toen hij 3 jaar was

Wat is de juiste volgorde van de volgende levensfases

1. Kleuter, puber, adolescent, schoolkind
2. Kleuter, schoolkind, puber, adolescent
3. Puber, kleuter, schoolkind, adolescent
4. Schoolkind, puber, kleuter, adolescent

Welke soort ontwikkeling valt onder veters strikken?

1. Motorische ontwikkeling
2. Lichamelijke ontwikkeling
3. Geen ontwikkeling
4. Geestelijke ontwikkeling

In welke onderdelen van een plant vind fotosynthese plaats?

1. In alle onderdelen
2. In alle groene onderdelen
3. Alleen in de wortels
4. Alleen wanneer een plant bloemetjes heeft

Welke organismen doen aan fotosynthese

1. Mensen
2. Dieren
3. Alle organismen
4. Planten

Het gas dat ontstaat bij fotosynthese heet zuurstof

1. Waar
2. Niet waar

Bij radijs eet je het?

1. Wortel
2. Stengel
4. Blad

Planten in droge omgeving hebben vaak ........ bladeren

1. Kleine en dikke
2. Grote en dikke
3. Geen
4. Alleen bloemen

Waarom hebben bramen stekels?

1. Dat betekent LET OP GIFTIG
2. Omdat ze rood en zwart zijn
3. Om te voorkomen dat ze worden opgegeten
4. Het heeft geen functie

Lopen op de hele voetzool heet?

1. Zoolganger
2. Teenganger
3. Topganger
4. Hielganger

Gedaantewisseling is?

1. Verandering van lichaamsbouw en levenswijze van een dier
2. Dat betekent dat het dier gaat slapen
3. Verandering van alleen de lichaamsbouw
4. Verandering van alleen de levenswijze

Hoeveel stadia doorloopt een vlinder gedurende zijn leven

1. 4, namelijk ei, larve, pop en volwassen vlinder
2. 3, namelijk, ei, pop, volwassen vlinder
3. Het heeft geen stadia

Welke deel beschermt het zaad?

1. Navel
2. Zaadhuid
3. Poortje
4. Zaadlobben

Met een priemsnavel kan een vogel

1. Voedsel uit het water zeven
2. Zaden stukbijten
3. Bodemdiertjes uit de bodem halen
4. Prooi scheuren

Wat hebben planten nodig voor fotosynthese?

1. Licht
2. Donker
3. Zuurstof
4. Glucose