,

ASSESSMENTLES 2hA 30-03Adjectives en Adverbs in het Engels

Welcome back 4A
     Welcome 2hA! 
1 / 27
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welcome back 4A
     Welcome 2hA! 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Als de timer op 00:00 staat, ben je stil!
timer
3:00

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

How are you doing? 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Doel van de les
Aan het einde van de les kun je uitleggen wat Adjectives en Adverbs zijn en hoe ze worden gebruikt in het Engels.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Today's planning:
Today's planning:
- Terugblik vorige les 
- Uitleg Adjectives & Adverbs 
- Listening/Reading assignment
- Writing assignment 
- Speaking assignment 
- Kahoot 
- Afsluiting van de les/Evaluatie 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Terugblik vorige les 

Vorige les hebben we een aantal reading assignments gedaan. 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Wat weet jij al over Adjectives en Adverbs in het Engels?

Slide 7 - Mind map

This item has no instructions

Wat zijn Adjectives?
Adjectives = bijvoeglijk voornaamwoord 
Oftewel woorden die worden gebruikt om een zelfstandig naamwoord te beschrijven. 
Ze geven meer informatie over het onderwerp.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeld van Adjectives
Voorbeelden van Adjectives zijn groot, klein, rood, blauw, mooi, lelijk, etc.

- The blue car. 
- The beautiful house. 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Wat zijn Adverbs?
Adverbs = bijwoorden
Oftewel woorden die worden gebruikt om een werkwoord, een bijvoeglijk naamwoord of een ander bijwoord te beschrijven. 
Ze geven meer informatie over de actie of toestand.
- Eindigen vaak met -ly

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeld van Adverbs
Voorbeelden van Adverbs zijn snel, langzaam, goed, slecht, heel, etc.

- She sings beautifully.
- We quickly ran across the street. 
Onregelmatig: Good - Well, Hard - Hard 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Verschil tussen Adjectives en Adverbs
Het belangrijkste verschil tussen Adjectives en Adverbs is dat Adjectives worden gebruikt om zelfstandige naamwoorden te beschrijven, terwijl Adverbs worden gebruikt om werkwoorden, bijvoeglijke naamwoorden en andere bijwoorden te beschrijven.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Waar plaats je Adjectives in een zin?
Adjectives worden vaak voor het zelfstandig naamwoord geplaatst dat ze beschrijven. 
Bijvoorbeeld: The big dog. 
Big is hier een Adjective omdat het het zelfstandig naamwoord dog beschrijft.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Waar plaats je Adverbs in een zin?
Adverbs worden vaak na het werkwoord geplaatst dat ze beschrijven. 
Bijvoorbeeld: She sings beautifully. 
Beautifully is hier een Adverb dat het werkwoord sing(s) beschrijft.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Samenvatting
Adjectives en Adverbs  worden gebruikt om meer informatie te geven over zelfstandige naamwoorden, werkwoorden en bijvoeglijke naamwoorden. Het is belangrijk om te weten waar Adjectives en Adverbs in een zin moeten worden geplaatst.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions


Now, done with the talking, let's get down to business!

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Listening/Reading 
Wat: We are going to listen to a song
- Underline the Adjectives & Adverbs in the lyrics. 
- Hoe: Alone 
- Hulp: Lyrics (on paper & on the board) 



Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Video

This item has no instructions

Writing
Wat: You are going to write a song with adjectives and adverbs in it. 
Hoe: In groups 
Tijd: 10 minutes 
- Hulp: Internet
- Klaar? 
Study vocab unit 5.1 (p.138) 
timer
10:00

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Speaking 

Wat: You are going to perform your song! SHOWTIME! 
- Hoe: In groups 
- Tijd: 2 minutes per group

timer
2:00

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Link

This item has no instructions

Schrijf op wat je deze les hebt geleerd.

Slide 23 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 24 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.
Hoe ging de les? 

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Homework
Check Magister! 
- There will be a homework check next class! 

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

See you next week!

Slide 27 - Slide

This item has no instructions