NN7 - Meer dan lezen §7 - Opdracht 2 Roodkapje

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Roodkapje: van horrorverhaal tot sprookje

Meer dan lezen §7 - Opdracht 2 

1VWO

We lezen de tekst 'Roodkapje: van horrorverhaal tot sprookje'. Op het blaadje mag je evt. aantekeningen maken, onderstrepen of arceren. 

Je krijgt hier zo vragen over in LessonUp. 

Wat is het onderwerp van de tekst?

Wat is het tekstdoel?

1. amuseren
2. informeren
3. instrueren
4. activeren

Na de inleiding kun je de tekst verdelen in drie op elkaar aansluitende delen:

Deel 1: mondelinge versies

Deel 2: geschreven versies

Deel 3: moraal en symboliek.

Bij welke alinea begint deel 1 - Mondelinge versies?
Noteer alleen het cijfer.

Bij welke alinea begint deel 2 - Geschreven versies?
Noteer alleen het cijfer.

Bij welke alinea begint deel 3 - Moraal en symboliek?
Noteer alleen het cijfer.

Wat is de kernzin van alinea 3? Onderstreep deze op je blad.

 

Wat is de kernzin van alinea 3? Onderstreep deze op je blad.

In Europa werd Roodkapje in de middeleeuwen een echt volksverhaal. 

Wat is de kernzin van alinea 6? Onderstreep deze op je blad.

Wat is de kernzin van alinea 6? Onderstreep deze op je blad.

Met de verandering van het verhaal door de eeuwen heen veranderde ook de moraal en de gebruikte symboliek. 

Vroeger werden de sprookjes vooral doorverteld en daardoor veranderden ze vaak een beetje. Waarom werden de sprookjes verteld aan anderen?

Roodkapje is niet het enige sprookje met een gruwelijke oorsprong. Ook Hans en Grietje of Assepoester hebben een minder vredelievende achtergrond. Waarom zouden de sprookjes nu minder gruwelijk zijn, denk je?