Pieter zet 5 rijtjes sla in de tuin. Hij heeft 25 plantjes. Hoeveel plantjes komen er in ieder rijtje?
1 / 15
next
Slide 1: Open question
Basisschool
This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes.
Items in this lesson
Pieter zet 5 rijtjes sla in de tuin. Hij heeft 25 plantjes. Hoeveel plantjes komen er in ieder rijtje?
Slide 1 - Open question
600 + 1 =
A
610
B
106
C
601
D
061
Slide 2 - Quiz
2 kilo aardbeien kost 12 euro. Hoeveel moet moeder betalen voor 4 kilo?
Slide 3 - Open question
Hoe laat is het?
A
kwart voor 9
B
kwart voor 10
C
kwart over 9
D
kwart over 10
Slide 4 - Quiz
Bram en Jos gaan samen op fietsvakantie. De eerste dag fietsen ze 10 kilometer. De tweede dag fietsen ze 30 kilometer en de laatste dag nog 30 kilometer. Hoeveel kilometer hebben ze gefietst?
Slide 5 - Open question
14 - 12 =
timer
0:10
Slide 6 - Open question
Bart weegt 43 kilo. Bibi weegt 27 kilo. Hoeveel kilo wegen ze samen?
Slide 7 - Open question
475 - 480 - 485 - .......
A
409
B
460
C
495
D
490
Slide 8 - Quiz
Als we nog 3 voetballen verkopen hebben we deze week 500 voetballen verkocht' zegt de marktverkoper. Hoeveel voetballen zijn er tot nu toe verkocht?
Slide 9 - Open question
36 : 6 =
Slide 10 - Open question
3 x 7 =
Slide 11 - Open question
34 - 16 =
Slide 12 - Open question
Familie de Jong gaat naar een vogelshow. Mama koopt 6 kaartjes. Deze kosten 9 euro per stuk. Hoeveel moet mama betalen?
Slide 13 - Open question
Een medewerker in de dierenwinkel verdeelt 32 roodkopjes eerlijk over 8 kooien. Hoeveel roodkopjes gaan er in iedere kooi?