De dodendans: Henri CazalisHeen en weer, de Dood is in beweging
Raakt een graf met zijn hiel,
De Dood speelt te middernacht een dansdeuntje,
Heen en weer op zijn viool.
De winterwind fluistert en somber is de nacht
het gejammer betovert de lindebomen;
De witte skeletten schijnen dwars door de schaduw heen
De luchtstroom danst onder hun grote lijkwaden,
Heen en weer, iedereen is in de weer,
Je hoort het kloppen van de botten van de dansers,
een wulps stel zit op het mos
alsof ze genieten van voorbije genoegens.
Heen en weer, de dood gaat voort
Krassend op zijn schelle instrument.
Een gordijn schuift opzij: de danseres is naakt!
Haar danspartner omhelst haar liefdevol.
De dame is, zegt men, markiezin of barones.
En de groene minnaar een arme wagenmaker -
Jakkes! Zie hoe zij zich overgeeft
Alsof de lomperd een baron was!
Heen en heen, wat een sarabande!
Cirkels van doden geven elkaar een hand!
Heen en heen, in de bende zie je
De koning huppelen bij een boer!
Maar ssst! Plotseling stopt de rondedans,
Ze haasten, ze vluchten, de haan heeft gekraaid
O, de prachtige nacht voor de arme zielen!
En leve de dood en de gelijkheid!