BS 3.1 - Introductie Genetica

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 4

Genetica = 

Erfelijkheidsleer

'hoe komen eigenschappen tot stand en hoe erven ze over?' 

Genetica 

Heleboel definities:

• Chromosoom, karyogram autosoom, etc. 
• DNA, nucleotide, C, G, A en T
• Gen, allel, locus
• Hetero- en homozygoot
• Dominant en recessief
• Genotype, fenotype
• Mutatie, modificatie
• Kruisingen, P, F1, F2 
• Speciale overervering

Kruisingen          &     stambomen

En hierna naar evolutie

• Evaluatie

genotype en fenotype

Genotype & Fenotype

 Genotype & Fenotype

(Plotselinge) verandering

= modificatie

(Plotselinge) verandering

= mutatie

Fenotype en genotype

• Fenotype: alle uiterlijke kenmerken van een individu. Bepaald door genotype + milieu
  
• Genotype: alle erfelijke eigenschappen van een individu
  

Autosomen  & geslachtschromosomen

Locus

(11p15.5)

{

Homologe
chromosomen

karyogram

Opdrachten §3.1

Lezen p. 124-126

Maken 1 t/m 7

Autosomen  & geslachtschromosomen

Locus

(11p15.5)

{

Homologe
chromosomen

karyogram

https:

https:

Genexpressie en aandoeningen

Genen worden aangezet (activatie) en uitgezet (inactivatie), waardoor cellen hun specifieke functie kunnen uitvoeren. 

Verkeerde (gemuteerde) variant van een gen (= allel) kan een erfelijke ziekte/aandoening veroorzaken. 

                                                                                

(Chemische) stoffen kunnen met name tijdens zwangerschap heftige modificaties veroorzaken. 

Hoe komen deze modificaties tot stand? 

Is een dergelijke modificatie (denk aan tattoeage of stompjes) erfelijk? 

verschil door 

genotype of milieu?

Welke stelling is juist?

1. Fenotype = genotype + milieu
2. Milieu = genotype + fenotype
3. Genotype = fenotype + milieu

Bij een twee-eiige tweeling is:

1. Het genotype en fenotype hetzelfde
2. Alleen fenotype hetzelfde
3. Genotype en fenotype verschillend
4. Alleen fenotype verschillend

Bij een één-eiige tweeling is:

1. Het genotype en fenotype hetzelfde
2. Alleen fenotype hetzelfde
3. Genotype en fenotype verschillend
4. Alleen fenotype verschillend

Heeft een vlinder hetzelfde fenotype als de rups waaruit hij is ontstaan? En hetzelfde genotype?

1. alleen hetzelfde fenotype
2. alleen hetzelfde genotype
3. zowel hetzelfde fenotype als hetzelfde genotype

Het stukje van een DNA molecuul heeft de volgende sequentie: TGCAAA

Wat is sequentie van de tegenoverliggende nucleotiden? 

1. ACGTTT
2. TTTGCA
3. TGCAAA
4. AAACGT

Uit welke basen bestaat DNA?

1. TGNA
2. CGVT
3. TCGA
4. DNA

Welke stelling is juist?

1. Fenotype = genotype + milieu
2. Milieu = genotype + fenotype
3. Genotype = fenotype + milieu

Hoeveel genen bepalen 1 erfelijke eigenschap?

1. 1
2. 2

Een aangeboren afwijking kan in de baarmoeder ontstaan. Dan is er sprake van:

1. genotype
2. fenotype

Opdrachten §3.1

Lezen p. 124-126

Maken 5 t/m 7