introductieles 6V - P1

• Spaans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 6

Programa del 1 de septiembre

• Introducción: nos presentamos
• Programa de período 1
• ¡A trabajar!
• Deberes 

Cuenta en español sobre tus vacaciones a la persona a tu lado

1. Di primero tu nombre
2. Cuenta adónde has ido/cuenta dónde has estado de vacaciones (usa el presente perfecto)
3. Di tres cosas que hiciste en las vacaciones de verano (usa el indefinido)
4. Presenta a la persona a tu lado: cuenta los puntos 1 a 3. Di por ejemplo: Esto es..., etc.

Programa de este período

1.  Escribes una carta formal (TW1)
2. Haces una serie de trabajos sobre gramática y aprendes vocabulario (handelingsdeel)
3. Haces una prueba de lectura (diagnostische leestoets)

*llevas siempre: tu chromebook, los audífonos (que caben en el chromebook) y un cuaderno

Actividades de clase

C1: eje 4, 5, 6, 7, 8 + 10 (libro 1)

 

Los deberes para el lunes 5 de septiembre

• Haz C1: eje 4-8 + 10
• Memorizar vocabulario p. 2 

Después betekent...

1. hier
2. voor
3. over
4. na

Entre betekent...

1. tussen
2. onder
3. behalve
4. tegenover

Alrededor de betekent...

1. ondersteboven
2. rondom
3. tijdens, gedurende
4. wegens, door

Salvo betekent...

1. behalve
2. volgens
3. na
4. tegen

Desde betekent...

1. tot
2. sinds, van(af)
3. volgens
4. van, uit

Van het 'groene blad': en resumen/resumindo betekent

1. nogmaals
2. uiteindelijk
3. samenvattend
4. aangezien

Al fin y al cabo betekent...

1. finaal
2. omdat
3. per slot van rekening
4. uiteindelijk

Resulta que betekent...

1. oftewel
2. uiteindelijk
3. het blijkt dat
4. resulterend in

Resulta que betekent...

1. oftewel
2. uiteindelijk
3. het blijkt dat
4. resulterend in

Resulta que betekent...

1. oftewel
2. uiteindelijk
3. het blijkt dat
4. resulterend in

Resulta que betekent...

1. oftewel
2. uiteindelijk
3. het blijkt dat
4. resulterend in