a. Zuurstof hecht zich door
adsorptie aan het oppervlak van de vaste katalysator, waarbij de
dubbele binding tussen de zuurstofatomen wordt verbroken. Daardoor zijn er eigenlijk losse O-atomen aan de katalysator gebonden.
b. Methaan adsorbeert op vergelijkbare wijze aan het katalysatoroppervlak, waardoor er vier H-atomen en een koolstofatoom aan de katalysator gebonden zijn.
c. Omdat losse atomen zeer reactief zijn kunnen twee zuurstofatomen en een koolstofatoom
gemakkelijk reageren tot het zeer stabiele koolstofdioxidemolecuul, wat dan weer kan loskomen van het katalysatoroppervlak.
d. Op vergelijkbare wijze kunnen twee waterstofatomen en een koolstofatoom gemakkelijk
reageren tot het zeer stabiele watermolecuul.