foutieve samentrekking

Herhaling vorige lessen en een nieuwe stijlfout: de foutieve samentrekking.
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with text slides.

Items in this lesson

Herhaling vorige lessen en een nieuwe stijlfout: de foutieve samentrekking.

Slide 1 - Slide

Deze les
  • Nakijken herhalingsopdracht werkblad
  • Uitleg foutieve samentrekking
  • Oefenen
Toets formuleren:
vrijdag 17 januari
Deadline Boekencast:
vrijdag 21 februari

Slide 2 - Slide

Wat gaan we leren?
Je herkent stijlfiguren en stijlfouten in een tekst.
  • 1. Pleonasme 2. Tautologie 3. Dubbele ontkenning
  • 4. Contaminatie
  • 5. Verkeerd verwijzen
  • 6. Incongruentie
  • 7. Dat/als-constructie
  • 8. Foutieve samentrekking
  • 9. Foutieve beknopte bijzin
  • 10. Onjuist begrenzen
  • 11. Onjuiste inversie 



Slide 3 - Slide

Nakijken werkblad
  • 1. Door de mond-tot-mondreclame is de belangstelling voor het product sterk toegenomen.
  • Contaminatie van mond-tot-mondreclame en mond-op-mondbeademing.
  • 2. Amsterdam heeft hun met zijn grachtengordel en oude binnenstad veel interessants te bieden.
  • (Amsterdam is een stad en dus onzijdig. Bij onzijdige het-woorden horen geen vrouwelijke verwijswoorden) verwijsfout; fout tegen het woordgeslacht

Slide 4 - Slide

Nakijken werkblad

  • 3. Enkele cheques alsmede een antieke klok waren door de inbrekers meegenomen.
  • – was is enkelvoud, terwijl cheques en klok samen meervoud zijn. congruentiefout
  • 4. We willen de jeugd betrekken bij het opbouwen van haar(/zijn) eigen toekomst.
  • De jeugd is enkelvoud. Daarbij hoort een enkelvoudig verwijswoord. Dus niet hun, maar haar. (Want jeugd is vrouwelijk, zoals de meeste abstracte woorden.) verwijsfout; getalsfout
  • 5. Het is wel eens noodzakelijk een auto te verplaatsen wegens asfalteringswerkzaamheden.
  • noodzakelijk zijn en moeten betekenen hetzelfde. Het gebruik van synoniemen zonder noodzaak is dubbelop en fout. tautologie van ‘noodzakelijk zijn’ en ‘moeten’.
  • 6. Onze buren zijn vorige maand geheel onverwachts verhuisd.
  • Naar elders volgt al automatisch uit het woord verhuizen. Dubbelop! (Maar het zijn geen synoniemen en dus spreken we niet van een tautologie, maar van een pleonasme.)
  • pleonasme van ‘verhuisd’ en ‘naar elders’.
  • 7. De bewakingsdienst moet voorkomen dat er weer wordt ingebroken bij het bedrijf.
  • De zin betekent precies het omgekeerde van wat de bedoeling was. Er staat eigenlijk dat de bewakingsdienst ervoor moet zorgen, dat er opnieuw wordt ingebroken!
  • Dubbele ontkenning met ‘voorkomen’ en ‘niet’.
  • Deze fout wordt ook wel een dubbele ontkenning genoemd.
  • 8. Hij irriteert zich eraan dat hij de fout niet kan ontdekken.
  • Er zijn twee uitdrukkingen door elkaar gehaald, namelijk de uitdrukking hij ergert zich eraan, en het irriteert hem dat. contaminatie van ‘zich ergeren’ en ‘irriteren’.
  • Verbetering:
  • Of: Het irriteert hem dat hij de fout niet kan ontdekken.
  • Of: Hij ergert zich eraan dat hij de fout niet kan ontdekken.
  • 9. De kans is nihil dat we ook vanmiddag weer ijsvrij krijgen.
  • of Het is uitgesloten dat we ook vanmiddag weer ijsvrij krijgen.
  • contaminatie van twee bovenstaande uitdrukkingen
  • 10. Het wordt voor hen te veel. (of het wordt hun teveel.)
  • Verwijsfout. Meewerkend voorwerp zonder voorzetsel, dus: hen)
  • 11. Minstens driekwart van de leden die naar hun mening was gevraagd, heeft met ‘ja’ geantwoord.
  • Driekwart is een enkelvoudig woord; daarbij hoort een enkelvoudige persoonsvorm. Congruentiefout
  • 12. Die uitspraak heeft de verhouding tussen personeel en directie verstoord.
  • In de ‘verhouding’ tussen personeel en directie zit al de betekenis ‘onderlinge’ opgesloten. Het woord onderlinge schrappen. Pleonasme
  • 13. We vinden uw verzoek niet erg redelijk, desondanks zijn we er toch op ingegaan.
  • In deze zin staat geen pleonasme maar een tautologie: desondanks en toch zijn synoniemen. tautologie

Slide 5 - Slide

Nakijken werkblad

  • 5. Het is wel eens noodzakelijk een auto te verplaatsen wegens asfalteringswerkzaamheden.
  • noodzakelijk zijn en moeten betekenen hetzelfde. Het gebruik van synoniemen zonder noodzaak is dubbelop en fout. Tautologie van ‘noodzakelijk zijn’ en ‘moeten’.
  • 6. Onze buren zijn vorige maand geheel onverwachts verhuisd.
  • Naar elders volgt al automatisch uit het woord verhuizen. Dubbelop! (Maar het zijn geen synoniemen en dus spreken we niet van een tautologie, maar van een pleonasme.)

Slide 6 - Slide

Nakijken werkblad

  • 7. De bewakingsdienst moet voorkomen dat er weer wordt ingebroken bij het bedrijf.
  • De zin betekent precies het omgekeerde van wat de bedoeling was. Er staat eigenlijk dat de bewakingsdienst ervoor moet zorgen, dat er opnieuw wordt ingebroken! Dubbele ontkenning met ‘voorkomen’ en ‘niet’.
  • 8. Hij ergert zich eraan dat hij de fout niet kan ontdekken.
  • Er zijn twee uitdrukkingen door elkaar gehaald, namelijk de uitdrukking hij ergert zich eraan, en het irriteert hem dat. contaminatie 

Slide 7 - Slide

Nakijken werkblad

  • 9. De kans is nihil dat we ook vanmiddag weer ijsvrij krijgen.
  • of Het is uitgesloten dat we ook vanmiddag weer ijsvrij krijgen.
  • contaminatie van twee bovenstaande uitdrukkingen
  • 10. Het wordt voor hen te veel. (of het wordt hun teveel.)
  • Verwijsfout. Meewerkend voorwerp zonder voorzetsel, dus: hen)
  • 11. Minstens driekwart van de leden die naar hun mening was gevraagd, heeft met ‘ja’ geantwoord.
  • Driekwart is een enkelvoudig woord; daarbij hoort een enkelvoudige persoonsvorm. Incongruentie
  • 12. Die uitspraak heeft de verhouding tussen personeel en directie verstoord.
  • In de ‘verhouding’ tussen personeel en directie zit al de betekenis ‘onderlinge’ opgesloten. Het woord onderlinge schrappen. Pleonasme
  • 13. We vinden uw verzoek niet erg redelijk, desondanks zijn we er toch op ingegaan.
  • In deze zin staat geen pleonasme maar een tautologie: desondanks en toch zijn synoniemen. tautologie

Slide 8 - Slide

Nakijken werkblad

  • 12. Die uitspraak heeft de verhouding tussen personeel en directie verstoord.
  • In de ‘verhouding’ tussen personeel en directie zit al de betekenis ‘onderlinge’ opgesloten. Het woord onderlinge schrappen. Pleonasme
  • 13. We vinden uw verzoek niet erg redelijk, desondanks zijn we er toch op ingegaan.
  • In deze zin staat geen pleonasme maar een tautologie: desondanks en toch zijn synoniemen. tautologie

Slide 9 - Slide

Foutieve samentrekking
Soms gaat er iets mis bij het maken van een samentrekking.

Wat is eigenlijk een samentrekking?

Slide 10 - Slide

correcte samentrekking
In een samentrekking zijn herhaalde woorden weggelaten.
Bijvoorbeeld woorddelen of woorden:

  • De blokker verkoopt huis-, tuin- en keukenartikelen.
  • huisartikelen, tuinartikelen en keukenartikelen.
  • De leerlingen haalden hoge en lage cijfers.
  • De leerlingen haalden hoge (cijfers) en lage cijfers.



Slide 11 - Slide

Correcte samentrekking
Of in een samengestelde zin met 'en' of 'maar'.

  • Hij pakte zijn jas en liep naar de deur.
  • Hij pakte zijn jas en (hij) liep naar de deur.
  • Ik heb mijn scooter gekregen en uitgeprobeerd op mijn verjaardag.
  • Ik heb mijn scooter gekregen en (ik heb mijn scooter) uitgeprobeerd op mijn verjaardag.



Slide 12 - Slide

Foutieve samentrekking
Wanneer gaat het mis?
Doe de volgende checks:
1. betekenis hetzelfde?
2. vorm hetzelfde? (meervoud/enkelvoud)
3. functie hetzelfde? (zinsdeel)





Slide 13 - Slide

Betekenis niet hetzelfde
Wanneer gaat het mis?
Doe de volgende checks:
1. betekenis hetzelfde?
2. vorm hetzelfde?
3. functie hetzelfde?





  • 1. Ik ben moe en (ben) daarom vroeg naar bed gegaan.
    (Ben is eerst een kww (iets zijn), daarna een hww bij 'gegaan' = niet dezelfde betekenis.)
     
  • 1. Hij heeft een diploma en (heeft) daar hard voor gewerkt.
    (Heeft betekent eerst: iets bezitten, daarna een hww bij gewerkt = niet dezelfde betekenis.)  

Slide 14 - Slide

Vorm niet hetzelfde (mv en ev)
Wanneer gaat het mis?
Doe de volgende checks:
1. betekenis hetzelfde?
2. vorm hetzelfde?
3. functie hetzelfde?





  • 2. De vier leerlingen gaan naar het schoolfeest en de docent naar huis. 

    De vier leerlingen (mv) gaan naar het schoolfeest en de docent (ev) GAAT naar huis. 

  • 2. De zaklamp schijnt, maar de straatlantarens ook.  Hoe zit het hier?

Slide 15 - Slide

Rol niet hetzelfde (zinsdelen)
Wanneer gaat het mis?
Doe de volgende checks:
1. betekenis hetzelfde?
2. vorm hetzelfde?
3. functie hetzelfde?





  • 3. De touwen zaten in de knoop, maar heeft men toch losgekregen.
  • De touwen zaten in de knoop, maar (de touwen) heeft men toch losgekregen.

Slide 16 - Slide

Rol niet hetzelfde (zinsdelen)
Wanneer gaat het mis?
Doe de volgende checks:
1. betekenis hetzelfde?
2. vorm hetzelfde?
3. functie hetzelfde?





  • 3. De touwen zaten in de knoop, maar heeft men toch losgekregen.
  • De touwen zaten in de knoop, maar (de touwen) heeft men toch losgekregen.
ow
lv

Slide 17 - Slide

Argh hoe pak ik dit nou aan?
Stappenplan
  1. Maak de samentrekking ongedaan 
  2. Stel vast wat er is samengetrokken
  3. Doe de drie checks (betekenis, vorm, functie)
  4. Verbeter de fout (dus: zet er iets bij!)  



Slide 18 - Slide

Even oefenen
  1. Otto houdt konijnen en van allemaal evenveel.
  2. Alex' ouders hebben een hele dikke auto, maar hij alleen een verroeste fietst.
  3. Dit boek is super spannend en moet je echt lezen.

Wat is er weggelaten? Is daarvan functie, getal en betekenis hetzelfde?

Slide 19 - Slide

Nu oefenen
  • Maak uit je reader opdracht K blz. 14 en opdracht N blz. 15.
    (de theorie staat op blz. 8 en 9) 
  • Schrijf bij de fouten in opdracht K ook even op waarom het fout is. (rol, betekenis of getal)

Slide 20 - Slide

nakijken opdracht k
  1. goed
  2. fout (betekenis. werd hww en werd kww)
  3. fout (rol. onderwerp en lijdend voorwerp)
  4. fout (vorm. enkelvoud en meervoud)
  5. fout (betekenis. uittrekken en zich iets aantrekken van)

Slide 21 - Slide

Nakijken N
  1. Foutieve samentrekking (je moet de persoonsvorm toevoegen)
  2. Foutieve samentrekking (onze buurman is enkelvoud)
  3. Correcte samentrekking? 
  4. Incongruentie (bleven = bleef, je hoeft geen pv toe te voegen, maar alleen te veranderen)
  5. Foutieve samentrekking
  6. Foutieve samentrekking (de leerling lijdend vw, en daarna meew. vw '... en hem een ...)
  7. Foutieve samentrekking (betekenisverschil van geven)
  8. Foutieve samentrekking (grammaticale rol)
  9. Foutieve samentrekking (maar ik maak nooit ruzie (enkelvoud)
  10. Incongruentie (een groot deel... tevreden was)

Slide 22 - Slide