4HA 5 december

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

Goedemorgen 4HA

Eerst dictee dan pas alles over de toets

1. Startklaar

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.

Zin 1

Er wordt een kanttekening geplaatst bij Zelensky's bereidheid tot opgave van territorium.

Zin 2

Het bepaalt je medische toekomst, want bij patiënten met deze allergie kan een hele trits (medische) ingrepen niet meer worden gedaan.

*acrylaatallergie

Agenda

• Dictee
• Fouten maken om te leren !
• Toets deel 1&3 doornemen
• P2: Argumenteren

Regels vooraf!

1. Niet roepen over individuele vragen!!!

2. Toch een vraag, plak een post-it op je toets. Ik check daarna de HELE toets. 

3. Aantekeningen/onderstrepen op je toets

s=spelling, f=formulering

4. Alleen vragen bij deel 1&3

Vraag 1, 2,3

1 Noteer de nummers van de lege vakjes uit onderstaand schema op je antwoordblad en vul verder in. (3 p) R

Soort tekstverband & Minimaal twee signaalwoorden

2 a Met behulp van welke drie voorkeursplaatsen kun je over het algemeen achterhalen wat de hoofdgedachte van een tekst is? 

b Welke van deze drie voorkeursplaatsen geeft de beste informatie met betrekking tot de hoofdgedachte van deze tekst? 

Vraag 3

Deelonderwerpen van de tekst > 

Alinea 4: De eerste reden: Eenduidige taal (net als wiskunde)

Alinea 6: De tweede reden: internationaal verkeer vergemakkelijken

Alinea 10: De reden laatste jaren: Amusement 

vraag 4 & 5

Tussenkopjes

1. Eenduidige taal al. 4&5 

2. Esperanto/taal vergemakkelijken 6-9

5. "Een probleem van bestaande talen was volgens hem dat je er zo gemakkelijk onwaarheden in kunt zeggen, en dat leugens niet anders klinken dan ware beweringen".

6 7 8

6. Noem drie positieve resultaten van Leibniz' ideeën.

7. a) Voorbeeld/toelichting    ....Begin met signaal woord voorbeeld/toelichting

8. Verschil eisen taal Leibnitz en Zamenhof.

9. Het heeft geen zin om een nieuwe taal te maken, want geen enkele bedachte taal heeft een prominente plek veroverd in een cultuur.

10. Het heeft wel zin, want door het maken van een taal leer je veel over het fenomeen taal.

Toetsen inleveren

Morgen deel 2

Periode 2

DENK AAN JE OEFENBOEK

Geen oefenboek, geen oefening, vervelen, klieren, gedoe

Periode 2 = argumenteren

Toetsen

- Argumentatie en literatuur: PTO2 telt 2x mee;

- Gespreks- en debatvaardigheden (debatinstituut): debat telt 1x mee.

Onderdeel 3: Birk

Je schrijft een .... over een .... uit Birk en je legt uit wat jij ...

Je geeft ook ....uit het boek.

Je .... heeft minimaal ...tot maximaal ...woorden.

In je ...onderstreep je de signaalwoorden.

Boek mag meegenomen worden. Na toets meteen inleveren.

Herhaling framing

Glas is halfvol/halfleeg

Pro-life (tegen abortus) > tegenframe Pro-choice

watermetafoor: overpkoeld door vluchtelingen

Terrorist - vrijheidsstrijder

Wat is er nou zo irritant aan die persoon?

Waarom stijlfiguren?

Creatief taalgebruik

Benadrukken 

Repetitio

herhaling:

Nooit, nooit, nooit neem ik een hond;

Nooit, nooit, nooit neem ik een hond!

Ik neem geen Duitse herder, geen boxer en geen kees

Geen poedel en geen teckel en ook geen pekinees.

(Hans Dorresteijn)

Tegenstellingen en ontkenningen

Paradox

schijnbare tegenstelling:

Het geluid van de stilte

Nu is het verleden van de toekomst

Retorische vraag

Denk je dat ik gek ben? Dat zeg je toch niet.

Spot

ironie is licht: 'sorry dat ik altijd zo vroeg begin' (docent tegen leerling, die laat komt)

sarcasme is harder: 'ga anders de rest van je leven bij AH werken' (tegen een leerling die niet meedoet)

cynisme is heel erg hard: Ach een hond is in ieder geval goedkoper dan een kind.

Wat klinkt beter?

rebellen /verzetsstrijders/ opstandelingen/ vrijheidsstrijders/ martelaar/ terroristen/ revolutionairen

 

Zijn er meer positieve of negatieve frames?

Mi have een droom

 stitti word ik remi da rimpel, weke pampa achter glas & ik zweer je gast deze land is niet meer wat ze was - sjoef dan habibi, sjoef door di ruitenal die toelies, al di tuigkoppen uit di tegenwoordige tijd, oyooo di playen biggi pompoe pompoe, aber komen niet van hiro & di zuigt maar & di praat maar habbi dabbi & di doet maar takki takki poep & ik zeg you

di bokitoos hebben geen props of respect, di hebben da dockz in da fitti gezet

Stijlfiguren in Framing!

 vergelijking: Instroom, uitstroom en doorstroom. De boel zit gewoon verstopt. 

hyperbool: ik ga dood van de honger

eufemisme: zorgelijke demografische ontwikkelingen in Nederland

neologisme: draaideurcrimineel

Aan de slag met stijlfiguren

Maak opdracht 2 & 3 op blz. 148

Maak opdracht 1 b,c,d &   2 a,b blz. 150

Maak opdracht op papier en lever in

Birk

Aan de slag met framing

1) Opdracht 10, 11 blz. 24-25

2) Zoek minimaal twee voorbeelden van framing in een nieuwsbericht, webartikel, reclameboodschap ...

Klaar: lees verder in Birk, vul in vragen deel 2

Stijlfiguren in literatuur en poëzie

In mijn tong jeukten mieren

De stilte sloeg in ons gezicht

Haar blik werd zacht als een kus

Mi have een droom

Stijlfiguren: theorieboek blz. 158/159

Blz. 148 Oefenboek

Maak vraag 4a/b/c/d

Betoog

Argumentatie

Afsluiting

8. Afsluiting

De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner. 

JdW-kijkwijzer

Lesopbouw:

1. VOORAF: Startklaar, Voorkennis activeren, Formatief Handelen
2. INSTRUCTIE: Leerdoelgericht werken, Inclusieve didactiek, Concrete en herkenbare voorbeelden, Formatief Handelen
3. TOEPASSING: Actieve verwerking, Formatief handelen 
4. EVALUATIE: Afsluiting

Controlevragen

1. a.
2. b.
3. c.
4. d.

7. Formatief handelen

De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.

    Begrippen uit deze les

Exit ticket;