Hoofdstuk 1 Basis Aan de slag met 'Facturen, creditfacturen en kortingen boeken'

Hoofdstuk 1. Facturen, creditnota's en kortingen.

1 / 21

Slide 1: Slide

BedrijfsadministratieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 21 slides, with text slides.

Lesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 1. Facturen, creditnota's en kortingen.

Slide 1 - Slide

creditnota bij inkoop

Slide 2 - Slide

inkoop

praktijkvoorbeeld 1

Slide 3 - Slide

inkoop

praktijkvoorbeeld 2

Slide 4 - Slide

creditnota bij verkoop

Slide 5 - Slide

praktijkvoorbeeld 3

Slide 6 - Slide

praktijkvoorbeeld 4

Slide 7 - Slide

kwantumkorting bij inkoop

Je boekt de voorraad nu tegen de lagere prijs. Dus de prijs min de korting is de inkoopprijs.

praktijkvoorbeeld 5

Slide 8 - Slide

kwantumkorting bij verkoop

Als verkoper wil je wel weten hoeveel korting je hebt verleend. Dus maak je gebruik van een aparte rekening waar je de korting op boekt. Rekening 830. Als tegenhanger van opbrengst verkopen (omzet). Die twee samen geven dan de lagere prijs weer.

praktijkvoorbeeld 6

Slide 9 - Slide

omzetbonus bij inkoop

praktijkvoorbeeld 7

Slide 10 - Slide

omzetbonus bij verkoop

praktijkvoorbeeld 8

Slide 11 - Slide

betalingskorting

ook wel korting voor contante betaling.

Je krijgt korting als je binnen een bepaalde termijn betaald. Het gaat altijd om inkopen en verkopen op rekening.

Slide 12 - Slide

betalingskorting bij inkoop

praktijkvoorbeeld 9

ontvangen betalingskorting

Slide 13 - Slide

betalingskorting bij verkoop

praktijkvoorbeeld 10

verleende betalingskorting

Slide 14 - Slide

huiswerk

maken kennisvragen t/m 1.5

maken R1, 4, 5, 6, 7, 9

Zelf doen 9.2 Bewaarplicht en bewaartermijn

en 9.5 AVG
van bedrijfsadministratie elementair.

Slide 15 - Slide

1.6 Kosten- en investeringsfacturen

Facturen hebben naast voorraad goederen ook betrekking op kosten (bijvoorbeeld schoonmaakkosten) of investeringen (bijvoorbeeld aanschaf bedrijfswagen).

Slide 16 - Slide

kostenfactuur

onderhoudskosten

Slide 17 - Slide

investeringsfactuur

Bijkomende kosten, bijvoorbeeld afleveringskosten, installatiekosten of overdrachtskosten, verhogen de aanschafprijs van het duurzaam productiemiddel. De aanschafprijs incl. de bijkomende kosten bepalen de aanschafwaarde van een duurzaam productiemiddel.

Deze bijkomende kosten debiteer je ook in rubriek 0.

Slide 18 - Slide

onroerendezaakbelasting is vooruitbetaald door de huidige eigenaar.

afsluitprovisie boek je op de rekening intrestkosten

De schuld is 500.000, maar de klant krijgt maar 495.000 agv de afsluitprovisie.

overdrachtskosten en makelaarscourtage zijn bijkomende kosten

Slide 19 - Slide

uitwerking

aankoop plus hypotheek samen:

hypotheek

overmaken eigen geld

Slide 20 - Slide

huiswerk

kennisvragen 17 t/m22

maken R10, 11 en 13

Integrale casus en

samenvattingsopdracht.

Slide 21 - Slide