Woordjes leren via Quizlet (studiewijzer periode 3)
Slide 2 - Slide
Leerdoelen vandaag
- Ik kan een zin of een korte tekst in het Engels schrijven en hierbij de verleden gebruiken.
Slide 3 - Slide
Past Simple
Verleden tijd
- Gebruik je om aan te geven dat iets in het verleden gebeurd is en nu ook weer is afgelopen. (je kunt de situatie niet meer wijzigen!)
We went to Spain last summer
Mohammed ate all the cookies yesterday
Slide 4 - Slide
Past Simple
Regular verbs (regelmatige werkwoorden) - Allemaal dezelfde uitgang : -ed Talk – talked Walk – walked Love – loved Try – tried Play - played
Slide 5 - Slide
Past Simple
Irregular verbs (onregelmatige werkwoorden) - Hebben allemaal een eigen vorm, die je uit je hoofd moet leren. Zie het document in de studiewijzer - periode 2 - Irregular verbs - 2e kolom Keep – kept Do – did Write – wrote Be – was/were Eat - ate
Slide 6 - Slide
Past Simple
Irregular verbs (onregelmatige werkwoorden) In de studiewijzer staat een bestand met onregelmatige werkwoorden (zelfde als vorige keer + 10 nieuwe werkwoorden)
- Deze moet je leren voor de toets
Slide 7 - Slide
Woordvolgorde
wie - doet - wat - waar - wanneer
of (verleden tijd)
wie - deed - wat - waar - wanneer
Slide 8 - Slide
Find someone who
Het is de bedoeling dat je bij deze opdracht iemand vind die jouw vraag positief kan beantwoorden
- Vul de naam van die persoon in
- Gebruik de wh-woorden om een kort zinnetje te schrijven die je vraag beantwoord: bv: Mr Donkersloot watched a comedy last Saturday.
Slide 9 - Slide
Writing about your activities
Schrijf een kort stukje over wat je afgelopen weekend gedaan hebt.
Gebruik de past simple
Let op de woordvolgorde
KISS: Keep it simple stupid (beter een goede zin met alleen wie-doet-wat, dan een slechte zin waarin je teveel wil vertellen).
Slide 10 - Slide
Huiswerk voor Woensdag 15 maart
Leren:
- Vocabulary A-B-C op bladzijde 41 van je tekstboek