Persoonlijkheidsstoornissen

Persoonlijkheidsstoornissen
1 / 19
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Persoonlijkheidsstoornissen

Slide 1 - Slide

timer
1:00
Wat weten jullie al?

Slide 2 - Mind map

Wat is de definitie van een persoonlijkheidsstoornis?
timer
0:40

Slide 3 - Open question

Overige kenmerken
  •  Persoonlijk en/of sociaal vastlopen door de manier waarop zij omgaan met zichzelf en anderen;
  • Ondervinden daar, naast anderen, zelf veel hinder van;
  • Hebben last van wisselende, psychische problemen

Denk aan: angststoornissen, impulsiviteit en emotionele instabiliteit 

Slide 4 - Slide

Ontwikkelingsstoornis?

Persoonlijkheidsstoornissen worden soms wel "'ontwikkelingsstoornissen" genoemd. Hiermee wordt bedoeld dat in iemands ontwikkeling van kind tot volwassene reeds problemen aanwijsbaar zijn.

Slide 5 - Slide

Ontwikkelingsstoornis?

Persoonlijkheidsstoornissen worden soms wel "'ontwikkelingsstoornissen" genoemd. Hiermee wordt bedoeld dat in iemands ontwikkeling van kind tot volwassene reeds problemen aanwijsbaar zijn.

Slide 6 - Slide

Hoeveel persoonlijkheidsstoornissen staan er in de DSM-V?
A
8
B
11
C
9
D
10

Slide 7 - Quiz

Persoonlijkheidsstoornissen worden in Clusters gekaderd. Hoeveel clusters zijn er?
timer
0:30

Slide 8 - Open question

Cluster A - vreemd of exentriek gedrag
  
  •    Paranoïde-persoonlijkheidsstoornis 
  •  Schizoïde persoonlijkheidsstoornis 
  • Schizotypische persoonlijkheidsstoornis

Slide 9 - Slide

Cluster B - dramatisch, emotioneel & impulsief 

  • Borderline persoonlijkheidsstoornis
  • Anti-sociale persoonlijkheidsstoornis
  • Histrionische persoonlijkheidsstoornis
  • Narcistische persoonlijkheidsstoornis

Slide 10 - Slide

Cluster C - Angstig gedrag

  • Afhankelijke persoonlijkheidsstoornis
  • Ontwijkende persoonlijkheidsstoornis 
  • Dwangmatige-persoonlijkheidsstoornis

Slide 11 - Slide

Kenmerken clusters
Cluster A

Mensen met een persoonlijkheidsstoornis uit cluster A hebben weinig contact met anderen en leven vaak geïsoleerd. Zij zijn niet snel geneigd om psychische hulp te zoeken.

Slide 12 - Slide

Kenmerken clusters
Cluster B

Mensen met een stoornis uit cluster B hebben veelal moeite met het beheersen van hun impulsen en emoties. Ze  zijn vaak impulsief, streven naar snelle behoeftebevrediging en zijn slecht in het onderhouden van (stabiele) relaties.


Slide 13 - Slide

Kenmerken clusters
Cluster C

Mensen met deze stoornissen hebben last van sociale vermijding, dwangmatig handelen en onzelfstandigheid. Ze kunnen zich wel beter aanpassen aan de eisen van het dagelijkse leven dan mensen met cluster A en B stoornissen.


Slide 14 - Slide

Richtlijnen
Algemene richtlijnen
Structuur bieden
Grenzen stellen
Cliënt verantwoordelijkheid geven

Omgang (specifiek voor Anti. Soc.)
:
Extra aandacht voor stellen van grenzen + sanctioneren van grensoverschrijdend gedrag.

Omgang (paranoïde pers.)
Geen (waarheids-) discussie aangaan
Grenzen aangeven.
Afspraken nakomen. (consequent zijn)

Omgang (specifiek voor BPS)
Conflicten voorkomen
Omgaan met een conflict
De-escaleren

Slide 15 - Slide

Levensposities

Slide 16 - Slide

Dramadriehoek - TA

Slide 17 - Slide

timer
1:00
Hoe was deze les?

Slide 18 - Mind map

timer
1:00
Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 19 - Mind map