This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Programme d'aujourd'hui
parler du programme
répéter l'adjectif possessif
adjectif qualificatif
Slide 4 - Slide
Doel
Aan het einde van de les kan ik het bijvoeglijk naamwoord gebruiken in een Franse zin door te kijken of een woord mannelijk, vrouwelijk of meervoud is.
Slide 5 - Slide
Parler du programme
Formatieve toets
Maandag 8 februari
Slide 6 - Slide
Répéter l'adjectif possesif
Log in met de code via Lessonup.com (zie afbeelding).
Je eigen naam invullen.
Bonne chance!
Slide 7 - Slide
Schrijf alles op wat je nog weet van l'adjectif possessif.
Slide 8 - Mind map
Il a une feuille de papier. Il met _____ feuille de papier dans la poubelle.
A
sa
B
mes
C
ta
D
son
Slide 9 - Quiz
J'ai des nouvelles chaussures. Je veux mettre ______ chaussures.
A
ma
B
mes
C
son
D
ta
Slide 10 - Quiz
Theorie over het bijvoeglijk naamwoord
pagina 19/20
foutje: marron is altijd marron -> niet marrons
Slide 11 - Slide
Maak een zinnetje met de volgende woorden:
fille + méchant
timer
1:00
Slide 12 - Open question
Est-ce que le garçon est grand ou grande?
A
le garçon est grand
B
le garçon est grande
Slide 13 - Quiz
Le cochon est petit.
Le cochon est petite.
La maison est bleu.
La maison est bleue.
Milou et son amie sont très fous.
Milou et son amie sont très folles.
Slide 14 - Drag question
Welke twee kleuren zijn invariabel?
A
orange
B
rouge
C
gris
D
marron
Slide 15 - Quiz
Leuke/slimme ezelsbruggetjes voor de bijvoeglijke naamwoorden?
Slide 16 - Mind map
In hoeverre is jouw persoonlijke lesdoel van deze les nu behaald?