This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 90 min
Items in this lesson
L2P2W9C2a Donderdag
Slide 1 - Slide
Doelen van deze les
- Hebben jullie kennis gemaakt met verschillende scores en redeneerhulpen bij veranderde situaties
- Toepassen van scores en redeneerhulpen bij de casus
Slide 2 - Slide
L2P2W9C2a Opdracht Verpleegkundig redeneren met gebruik van redeneerhulpen.
ABCDE
AVPU
MEWS
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
ABCDE-methode
Wat is dit?
Waarvoor wordt deze methode gebruikt?
En waarom?
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
A
B
C
D
E
openen mond
urineproductie
bloeddruk
pijnscore
thoraxbeweging observeren
AVPU
bloeding mond-keelholte
pupilreactie
Uiterlijke kenmerken
temperatuur
positie trachea
Haemoglobine
gebitselementen
apparatuur
spontane ademhaling
Slide 7 - Drag question
EMV score
- Deze schaal is in 1974 ontwikkeld.
- Doel is om het bewustzijn objectief te beoordelen.
- Ook wel Glascow Coma Scale genoemd
- Score min. 3 max. 15, bij score <8 indicatie beademing
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
AVPU
- Verkorte bewustzijnsscore
- Pijnprikkel op het nagelbed
- Wordt gebruikt in de VSS/EWS om bewustzijn te scoren.
Slide 10 - Slide
AVPU
Slide 11 - Slide
EWS/VSS
Slide 12 - Slide
EWS/VSS
- Staat voor Early Warning Scale/Vroege Signalerings Score
- Brengt patient in beeld
- Erkent Niet-pluis gevoel verpleegkundige
- Praat plaatje met de dokter
- ABCDE beoordeling
Slide 13 - Slide
EWS/VSS
Dhr Kroes ligt op jou afdeling. Je doet controles en ziet het volgende; RR 110/50, P120, Saturatie 93% met een ademhalingsfrequentie van 30x/min. De patient plast goed. En je maakt je zorgen over de patient.
Wat scoor je? Wat doe je dan?
Slide 14 - Slide
Interventiekaart L2P2W9 deel 1
Je gaat ‘s ochtends langs bij mevrouw Vermeulen. Als je haar woning inloopt, zie je haar op de grond liggen. Ze is buiten bewustzijn en reageert niet op je stem.
Opdracht: Je bespreekt in jouw projectgroep hoe je hier moet verpleegkundig redeneren met gebruik van de juiste redeneerhulpen.
Slide 15 - Slide
Hoe ik het beste kan observeren en redeneren bij een situatie als in de casus, weet ik nu: